Guidance modelbeoordeling voor Nederland, de Nederlandse kustwateren en
de Noordzee, gebaseerd op de HARMONIE run van 18 UTC en de overige
genoemde modellen en gidsen met bijbehorende runtijd.

Geldig tot maandag 16 augustus 2021 24.00 locale tijd

Opgesteld op zondag 15 augustus 2021 om 00.35 uur

MODELLENBEOORDELING.
SYNOPTISCHE SITUATIE:
Tussen een rug boven Frankrijk en een lagedrukgebied boven Scandinavie
staat er in onze omgeving een zuidwestelijke stroming. Een bijbehorend
O-W georienteerde frontale zone sleept momenteel boven het uiterste
noorden. Een laag ten westen van Ierland trekt oostwaarts en vult morgen
op boven Engeland. Dit laag vormt in feite een occluderende golf in het
front. Hierdoor wordt het slepende front als warmtefront opgetild en zal
het N-Z georienteerde koufront, dat weinig actief is, ons land
morgenavond passeren. Voor het koufront uit ontstaat boven het oosten
een ondiepe vore waar enige convergentie mogelijk is. Achter het
koufront komen we in een valse warme sector terecht, zuid van de
occlusie boven het noordwestelijk kustgebied, waarin vrij vochtige
getransformeerd polaire lucht wordt aangevoerd. In de nacht naar maandag
en maandagochtend passeert dan ook deze NO-ZW georienteerde (back-bent)
occlusie, waarachter met een west- tot noordwestelijke stroming wel
duidelijk drogere en koelere polaire lucht wordt aangevoerd. Een
lagedrukgebied zakt maandag overdag zuidwaarts vanaf de Noorse Zee en
ligt maandagavond boven het noordwesten van Denemarken, een bijbehorende
ingedraaide occlusie bereikt het noorden in de loop van de middag.

MODELBEOORDELING:
Synoptisch gezien zijn er weinig verschillen tussen de modellen. Wel
zien we dat de ST-kansen vannacht en morgen, met name bij het
warmtefront en het geoccludeerde deel boven of nabij het uiterste
noorden van ons land, door alle modellen in meer of mindere mate wordt
weergegeven, we noemen de kans hierop. Hetzelfde geldt voor het
neerslagsignaal. In alle modellen zien we dat in de loop van de avond en
nacht wat opleven net ten en over het noorden van ons land.
Aandachtspunt is ook de buiigheid op de ondiepe vore voor het koufront
uit morgen in de namiddag en avond. Waar eerder Hirlam/EC hier al iets
op berekenden, zien we dit nu ook in HAP1. Of de buien zich kunnen
vormen is nog wel onzeker omdat de lucht vrij droog is, bovendien lijkt
het zich boven het uiterste oosten te manifesteren. We noemen de kans op
een enkele (onweers)bui, omdat de aangevoerde lucht voor het koufront
uit nog warm en vochtig wordt en de vore wellicht voor genoeg
convergentie kan zorgen. Een ander aandachtspunt is het signaal voor
stratus boven Het Kanaal en de zuidelijke Noordzee, voor het koufront
uit, dat in enkele Harmonies morgenmiddag de westkust zou kunnen
bereiken.

AANDACHTSPUNTEN.
WIND:
Vanaf vanavond boven de zuidelijke Noordzee tijdelijk 6 Bft. In de nacht
naar maandag van het noordwesten uit overal 6 Bft, maandagmiddag boven
de noordelijke Noordzee ook 7 Bft en nabij de occlusie mogelijk
tijdelijk 8 Bft. Bij een bui vanmiddag uitschieters tot ca. 30 kn.
Maandag een vlagerige wind met in het noordwestelijk kustgebied bij
buien en vooral ook bij de occlusie kans op zware windstoten rond 41 kn,
aandachtspunt.

BEWOLKING:
Bij de fronten een gelaagd wolkenpakket Sc/Ac en lokaal kans op St. Bij
het koufront ook wat ingebedde convectieve bewolking (Cu/Sc), waarbij
het een beetje de vraag is hoe hoog de toppen kunnen komen, er kunnen
enkele Cb's ontstaan vanaf hoogte, met toppen tot ca. FL150/-10C.
Morgenmiddag boven land ondiepe convectieve bewolking (Cu), en met name
in het oosten ook Cb's met toppen mogelijk tot FL300/-40C. Morgenmiddag
langs de noordwestkust een kleine kans op St vanaf de Noordzee (zie ook
modelbeoordeling). De ingedraaide occlusie is een mix van stratiforme en
convectieve bewolking, landinwaarts mogelijk met St, daarnaast met
ingebedde TCu's. Na passage van de ingedraaide occlusie in de polaire
lucht cumuliforme bewolking met Cu/SC en bij buien Cb's, toppen rond
FL250/-30C.

NEERSLAG:
Bij het front boven het noorden nemen de neerslagkansen vannacht
geleidelijk toe en morgen overdag wordt de neerslag geleidelijk ook
steeds meer buiig van karakter, vooral richting de Duitse Bocht. Bij, in
het oosten van het land ook voorafgaand aan, het koufront, eveneens kans
op een bui, in het oosten mogelijk met onweer. In een regime met
700-1000 J/kg Cape en een effectieve schering rond 30 kn kunnen deze
oostelijke buien goed georganiseerde multicells zijn. Op passage van de
occlusie zien we de buienkans verder toenemen. De kans op onweer lijkt
daarbij nog verwaarloosbaar. Na passage van de occlusie zien we de CAPE
wel verder opbouwen naar waarden tussen 500-1000 J/Kg, de effectieve
schering ligt in de ordegrootte 10-15 kn, wat onderkant multicell buien
oplevert.

ZICHT:
Goed, in neerslag mogelijk matig. Zeer lokaal vormt zich vannacht
ondiepe grondmist. In het noorden later vannacht en in de vroege ochtend
mogelijk iets teruglopend, ook in combinatie met stratus.

TEMPERATUUR:
Geen bijzonderheden.



Paraaf meteoroloog: boonstra
Bron: KNMI