Guidance modelbeoordeling voor Nederland

26-07-2021 04:20
Guidance modelbeoordeling voor Nederland, de Nederlandse kustwateren en
de Noordzee, gebaseerd op de HARMONIE run van 00 UTC en de overige
genoemde modellen en gidsen met bijbehorende runtijd.

Geldig tot dinsdag 27 juli 2021 24.00 locale tijd

Opgesteld op maandag 26 juli 2021 om 05.14 uur

MODELLENBEOORDELING.
SYNOPTISCHE SITUATIE:
Een langgerekt vlak lagedrukgebied ligt vanochtend parallel aan de kust
over het westen van het land en verplaatst zich langzaam noordoostwaarts
richting de Duitse Bocht. Een tweede laag ten oosten van Schotland
beweegt vandaag verder NNW-waarts. Om de beide lagedrukgebieden heen
bevinden zich ingedraaide occlusies of occlusierestanten, al worden ze
in het theta-w patroon steeds lastiger te redelijk te herkennen. Een
hoogtelaag boven het uiterste noorden van Frankrijk transformeert
vandaag geleidelijk naar een hoogtetrog en beweegt later vanmiddag en
vanavond achter het grondlaag aan noordoostwaarts. Op dinsdag zien we
boven Noordwest-Europa een grootschalig laag met diverse lagedrukkernen,
de belangrijkste voor ons aandachtsgebied is die boven Engeland. Zowel
op aan de grond als op hoogte is de stroming zuidwestelijk en passeren
er van tijd tot tijd nog steeds occlusierestanten. In de ochtend
passeert een eerste (zwakke) hoogtetrog, aan het einde van de middag
bereikt een scherpere tweede hoogtetrog het zuidwesten en trekt in de
avond noordoostwaarts over ons land.

MODELBEOORDELING:
Het belangrijkste aandachtspunt gedurende deze periode is de convectieve
neerslag. Naast de (meest zwakke) dynamische forceringen zien we zien
steeds een sterke dagelijkse gang. De Harmoniemodellen hebben als
vanzelfsprekend een betere representatie van de convectieve neerslag,
Hirlam en EC hebben vaak de dynamische forceringen beter te pakken.
Vandaag lijken de zwaarste buien een lichte voorkeur te hebben voor het
noorden van het land, met name door convergentie in het vlakke laag. Op
dinsdag lijkt er niet echt een voorkeursgebied aan te wijzen, al leek de
voorgaande run het zuidoosten de beste papieren te hebben. Vanwege de
complexiteit van de synoptische ontwikkeling en door de subtiele
verschillen in de posities en vormen van laagjes en occlusie(restanten)
is het zowel vandaag als morgen raadzaam om niet al teveel te
regionaliseren qua neerslagverwachting. Naast de neerslag is ook de lage
bewolking en mist op de Noordzee een aandachtspunt, het enthousiaste
HAP1-scenario lijkt afgaande op de ontwikkeling de afgelopen uren steeds
realistischer te worden. HAP2 lijkt te optimistisch, EC en Hirlam zitten
er een beetje tussenin.

AANDACHTSPUNTEN.
WIND:
Vanmiddag bij buien uitschieters van 20-25 kn. Dinsdag staat er wat meer
wind in de gehele kolom weinig, derhalve bij de buien duidelijk hogere
uitschieters, 30-35 kn, HAP2 komt in het zuidoosten zeer lokaal zelfs
met een lokale 45 kn.

BEWOLKING:
Convectieve bewolking: Actueel boven het westen van België en nu ook
Zeeland en de zuidelijke Noordzee zien we activering van de Cb's a.g.v.
dynamische forcering (convergentie) door het naderbij komen van het
(hoogte)laag. In de loop van de ochtend zien we de activering parallel
aan de oriëntatie van het laag doorzetten, vooral langs de westkust. In
de loop van de ochtend komt door dagelijkse gang ook boven land weer
vorming van convectieve bewolking op gang. In de middag en avond Cb's,
toppen tot ca. FL350. Voorkeurspositie lijkt in het noorden, nabij het
laag, daar de meeste convergentie onderin. Dynamische forcering van de
hoogtetrog speelt later in de middag en vanavond ook nog een rol.
Alhoewel de meeste Cb's in de loop van de avond zullen oplossen lijken
ze toch niet helemaal te verdwijnen. Dinsdag overdag zien we opnieuw een
sterke opleving van de convectieve bewolking, ook dan geholpen door
zwakke convergentie in het isobarenpatroon en de passerende
hoogtetroggen. Omdat de progtemps wat voorover hellen, lijken de toppen
wat minder hoog uit te pakken.

Stratus: Boven de Noordzee zien we de hoeveelheid stratus geleidelijk
toenemen, met een naar west draaiende wind aan de westflank van het laag
zou deze stratus later vanmiddag en vanavond het westen van het land
kunnen binnenlopen. Komende nacht zien we dan dit stratusgebied over ons
land oostwaarts bewegen en pas dinsdagochtend het land verlaten. Op de
Noordzee blijft de stratus met name in het noorden van de FIR tot en met
dinsdagavond aanwezig.

NEERSLAG:
Actueel al enkele buien boven het zuidwesten en voor de zuidwestkust op
de Noordzee. In de loop van de ochtend zien we dat dus op meerdere
plekken langs de westkust. Bij deze buien is al een kleine kans op
onweer. Vanmiddag op dagelijkse gang dus ook buien boven land, hierbij
onweer veel waarschijnlijker. De CAPE-waardes zowel vandaag als dinsdag
1000-1500 J/kg, lokaal 1500-2000 J/kg. De schering is met 10-15 kn niet
groot, derhalve meest single cells, lokaal ook geclusterd a.g.v.
convergentie, dit laatste dus met name in het noorden van het land. Ook
komende nacht blijft de kans op een bui bestaan, vooral in het noorden
van het land. Dinsdag zien we in het zuidoosten duidelijk meer schering,
20-30 kn, dan zijn dan goed georganiseerde multicells mogelijk. Bij de
buien is onweer zeer waarschijnlijk en ook hagel is zeker mogelijk.
Bovendien kan er lokaal weer veel neerslag in korte tijd vallen.

ZICHT:
Boven land m.u.v. het zuidoosten nevelig met vooral in het noorden ook
mistbanken. Nevel en mist zullen vanochtend snel verdwijnen. Boven de
Noordzee zien we actueel met name boven het zuidelijke deel van de FIR
nu mist, deze zal door de iets aantrekkende wind overgaan in nevel.
Vanaf vanmiddag zien we met name in het noordelijk deel van de FIR de
mistkansen toenemen, daar dan de minste gradient. In de nacht naar
dinsdag lijkt de kans op nevel boven land wat kleiner te zijn vanwege de
iets toegenomen wind. Verder zien we uiteraard in buien het zicht
teruglopen, vooral in de zwaardere exemplaren.

TEMPERATUUR:
Geen bijzonderheden.



Paraaf meteoroloog: homan
Bron: KNMI