Guidance modelbeoordeling voor Nederland

25-07-2021 03:40
Guidance modelbeoordeling voor Nederland, de Nederlandse kustwateren en
de Noordzee, gebaseerd op de HARMONIE run van 00 UTC en de overige
genoemde modellen en gidsen met bijbehorende runtijd.

Geldig tot maandag 26 juli 2021 24.00 locale tijd

Opgesteld op zondag 25 juli 2021 om 05.10 uur

MODELLENBEOORDELING.
SYNOPTISCHE SITUATIE:
Een lagedrukgebied boven de noordwestkust van Frankrijk beweegt (zowel
aan de grond als in de bovenlucht) noordoostwaarts en bereikt in de
nacht naar maandag onze zuidwestkust. Aan de noordoostflank van dit laag
trekt vannacht een secundair laag (tezamen met een hoogtetrog) over het
uiterste noordoosten van ons land noordwestwaarts de Noordzee op en
verlaat zondagavond het noorden van de FIR. Om de beide laagjes heen
bevinden zich steeds occlusies, of restanten daarvan, deze zijn in de
theta-w patronen vrij goed te herkennen. We bevinden ons in
getransformeerde maritiem polaire lucht. Tussen beide lagedrukgebieden
in staat er in de grenslaag weinig stroming, op hoogte is de stroming
vandaag zuidelijk. Maandag vult het laag aan de grond geleidelijk op.
Het sturende hoogtelaag gaat maandagochtend over in een hoogtetrog en
trekt vervolgens in de middag en avond van zuidwest naar noordoost over
ons land, van het westen uit nadert dan een zwakke rug het westen van
het land.

MODELBEOORDELING:
Qua synoptische ontwikkeling laten de modellen vandaag en maandag een
vergelijkbare ontwikkeling zien. De neerslagpatronen wijken evenmin veel
van elkaar af, de Harmonies representeren de buien in detail natuurlijk
beter.

AANDACHTSPUNTEN.
WIND:
Rondom het laag zien we zondagmiddag boven de Noordzee zowel aan de
zuid- als noordzijde een duidelijk signaal voor 6 Bft (Hap1 en 2 komen
zelfs met kleine 7 Bft). We noemen 6 Bft voor de twee noordelijke
kustdistricten. Bij de buien in de middag uitschieters van 25-30 kn,
zeer lokaal mogelijk 35 kn. Op maandag lijken de uitschieters net even
wat minder uit te pakken, 2-25 kn, zeer lokaal mogelijk 30 kn.

BEWOLKING:
Rondom het secundaire laag vrij dikke stratiforme bewolking, zijnde de
restanten van eerdere buien. Aan de westflank van dit gebied ontwikkelen
zich nog af en toe enkele verscholen Cb's, tophoogtes ca. FL350. Rondom
de kern ontwikkelt zich ook steeds meer stratus. Elders zien we alleen
wat velden Sc en Ac-velden, die geleidelijk oplossen. In de loop van de
dag door dagelijkse gang overal ontwikkeling van convectieve bewolking
met in de middag geïsoleerde, lokaal geclusterde, Cb's met toppen tot
ca. FL360. In de loop van de avond lossen deze Cb's geleidelijk weer op.
Boven de westelijke helft van de FIR boven de Noordzee ontstaat in de
nacht naar maandag steeds meer stratus a.g.v. de vochtige lucht i.c.m.
de geringe gradient. In HAP1 lijkt de ontwikkeling wat teveel
overdreven, blijft een aandachtspunt en het zal uiteindelijk ook een
kwestie van nowcasten worden. Tegelijkertijd zien we boven de grenslaag
zien we voor de westkust met name in Hirlam en EC de vorming van Cb's.
Waarschijnlijk ontstaat deze door enige dynamische forcering a.g.v. het
naderbij komen van het (hoogte)laag, bovendien bevinden zich hier dan
ook occlusierestanten. Maandag overdag boven land opnieuw vorming van
convectieve bewolking, naast dagelijkse gang ditmaal wat meer geholpen
door convergentie bij het opvullende laag en de hoogtetrog. Toppen dan
een fractie lager, max. FL330.


NEERSLAG:
Rondom het secundaire laag buiige neerslag, deels stratiform deel
convectief, met name aan de westflank lokaal nog onweer. Vanaf het begin
van de middag in het gehele land enkele regen- en onweersbuien, lokaal
ook met hagel en veel neerslag in korte tijd. Met een CAPE van 1000-2000
J/kg en een effectieve schering van 10-15 kn hebben we veelal te maken
met single cells, lokaal wat geclusterd. In de nacht naar maandag
ontstaan er voor de westkust uit occlusierestanten ook weer een gebied
met buien, vooral in Hirlam en EC is dit goed zichtbaar, CAPE-waardes
bedragen daar 700-1000 J/kg, lokaal 1000-1500 J/kg, ook bij deze buien
is een klap onweer niet uitgesloten. Deze buien langs de kust houden ook
in de ochtend nog stand. Naarmate de buien in de loop van de ochtend het
land op trekken activeren ze en vooral in de middag kan er ook weer
onweer voorkomen. De CAPE-waardes liggen maandag nog steeds in de
ordegrootte van 1000-2000 J/kg en de schering bedraagt nog steeds 10-15
kn. Door de wat sterkere dynamische forcering lijken de single cells
zich wel wat meer te gaan clusteren. Later in de middag en in de avond
verplaatst het zwaartepunt van de buien zich steeds meer naar het
oosten. In het westen wordt het dan geleidelijk droog, enerzijds door de
dagelijkse gang, anderzijds door het naderbij komen van de zwakke rug.

ZICHT:
Actueel op veel plaatsen matige tot slechte zichten met lokaal ook een
enkele mistbank. Ook in de neerslag rondom het secundaire laag matige,
geleidelijk ook slechte zichtcondities. Vanaf vanavond geven alle
modellen een signaal op mist op zee, vooral in de westelijke helft van
de FIR. Boven land hebben we overdag zowel vandaag als maandag buiten de
buien om gewoon goede zichtcondities.

TEMPERATUUR:
Vandaag vooral in de oostelijke helft maxima rond een zomerse 25°C,
maandag gaat dat waarschijnlijk net niet meer lukken.



Paraaf meteoroloog: homan
Bron: KNMI