Guidance modelbeoordeling voor Nederland, de Nederlandse kustwateren en
de Noordzee, gebaseerd op de HARMONIE run van 12 UTC en de overige
genoemde modellen en gidsen met bijbehorende runtijd.

Geldig tot zondag 20 juni 2021 24.00 locale tijd

Opgesteld op zaterdag 19 juni 2021 om 18.44 uur

MODELLENBEOORDELING.
SYNOPTISCHE SITUATIE:
Een lagedrukgebied boven het zuiden van Noorwegen trekt noordoostwaarts.
Bijbehorend koufront ligt ongeveer NO-ZW georiënteerd boven het
zuidoosten van het land. Een eveneens NO-ZW georiënteerde occlusie
tegen de noordwestkust trekt met het laag mee noordoostwaarts. Tussen
beide fronten in voert een (zuid)westelijke stroming in een valse warme
sector nog steeds vochtige lucht aan. In de onderste niveaus is de
stroming die noordelijk is. waardoor daar wat koelere lucht wordt
aangevoerd. Met het wegtrekken van het laag wordt de aangevoerde lucht
geleidelijk droger. Een volgend laag boven de Golf van Biskaje gaat door
thermische effecten boven Noord-Frankrijk over in een brede vore die in
het begin van de nacht het zuiden bereikt. Vervolgens trekt hierin een
apart laagje vannacht over het midden van ons land noordoostwaarts en
zondag overdag via de Duitse Bocht geleidelijk richting het Skagerrak.
Een kortgolvige hoogtetrog vlak achter de frontale golf zorgt voor PVA.
Ons land komt zondag overdag in de polaire lucht terecht. Zondagavond
zien we een herhaling van zetten t.o.v. vanavond en vannacht, maar dan
ligt het patroon een stuk oostelijker en blijft het occlusie punt oost
van ons land.

MODELBEOORDELING:
Vooral de onweersbuien bij de frontale golf van komende nacht zijn een
aandachtspunt. In grote lijnen laten de modellen eenzelfde beeld zien,
maar er zijn wel verschillen in de koers en timing van het laag. Hirlam
heeft dit nog steeds het meest westelijk liggen, maar is wel iets naar
de andere modellen getrokken. De hoge Cape waardes, 1500-2000 J/kg, die
we boven België en Frankrijk zien, lijken boven ons land vrij vlot in
te zakken, 200-400 J/kg. Langs onze oostgrens blijven hogere waardes,
rond 700 J/kg, wat langer behouden. Momenteel gaan we ervan uit dat de
buien in het zuidoosten aanvankelijk nog vanaf de grond gevoed worden,
maar dat het verder om buien vanaf enige hoogte zal gaan. De
randverschijnselen zullen daardoor naar ons huidige inzicht binnen de
perken blijven, hoewel het zuidoosten eerst nog wel kans heeft op zeer
lokaal grote hagel en/of zware windstoten.

AANDACHTSPUNTEN.
WIND:
Boven land kunnen er bij de buien op de vore windstoten voorkomen,
vooral in Limburg en Noord-Brabant is er een kans op zware windstoten
van 60-65 km/u (met name in Zuid-Limburg). Noordelijker en westelijker
lijkt er vooralsnog sprake van lagere windstoten wegens minder forse
ontwikkeling van de buien of de al beter gedefinieerde grond inversie.
Zondagavond lijken evt. zware windstoten voor Duitsland te zijn vanwege
de oostelijkere koers van de volgende frontale golf.


BEWOLKING:
Hap1 en Hirlam beschrijven de actuele situatie behoorlijk goed met
stratus boven de Noordzee en het noordwesten van het land. De slechtste
condities zullen zich nabij de occlusie voordoen. Boven Frankrijk
ontstaan voor het koufront en de frontale golf uit, op dagelijkse gang
Cb's die vervolgens later in de avond ons land bereiken. De basis ligt
op ca. 6000 vt, tophoogte ca. FL400-450. In de vore boven zee ontstaat
waarschijnlijk weer gemakkelijk stratus en mist. In de nacht naar zondag
zal na passage van de buien ook vrij gemakkelijk stratus kunnen
ontstaan. Overdag gaat de stratus wederom over in Cu bewolking.
Zondagavond op de golf embd Cb's met toppen mogelijk tot FL400.

NEERSLAG:
Kleine kans dat Limburg in de avond wat meekrijgt van buien die boven de
Ardennen ontstaan. Later vanavond van het zuiden uit een toenemende
buienkans. CAPE waarden, zie modelbeoordeling. In het zuidoosten ca. 30
kn effectieve schering, noordelijker iets lager. We moeten kijken naar
de schering vanaf 1-1.5 km, maar in het uiterste zuidoosten kan het
mogelijk nog even vanaf de grond lukken. Convectiemodus multicell,
mogelijk lijnvorming. Daarnaast is de naderende hoogtetrog een factor
van belang. Verder hoge PW van ca. 35-40 mm. Harmonie
neerslagintensiteit is hoog, lokaal is 20-40 mm cumulatief mogelijk.
Graupel waarden Harmonie zijn ook hoog, daarbij is er voldoende
organisatiegraad om hagel ook mogelijk te maken. De nadruk ligt op het
zuidoosten, bij de golf die passeert later op zondag gaat het meer om
Duitsland.

ZICHT:
Boven zee en in het noordwesten bij de occlusie actueel stratus. Ook bij
de vore die in de nacht naar zondag passeert is vooral stratus mogelijk
op de Noordzee. We volgen daarin voorlopig HAP1. Verder
zichtverminderingen door neerslag.

TEMPERATUUR:
Geen bijzonderheden.



Paraaf meteoroloog: veeken
Bron: KNMI