Guidance modelbeoordeling voor Nederland, de Nederlandse kustwateren en
de Noordzee, gebaseerd op de HARMONIE run van 00 UTC en de overige
genoemde modellen en gidsen met bijbehorende runtijd.

Geldig tot vrijdag 28 mei 2021 24.00 locale tijd

Opgesteld op donderdag 27 mei 2021 om 05.03 uur

MODELLENBEOORDELING.
SYNOPTISCHE SITUATIE:
Een laag boven Sleeswijk-Holstein trekt langzaam oostwaarts en vult op.
Aan de zuidwestflank hiervan wordt met een noordwestelijke stroming
maritiem polaire lucht aangevoerd. Een ingedraaide occlusie ligt 03 UTC
grofweg van Noord-Holland naar de Achterhoek. Deze trekt nog iets
zuidwaarts en blijft vervolgens tot in de ochtend min of meer
stationair. In de middag en avond bouwt vanuit het zuidwesten
geleidelijk een rug op en vindt stabilisatie plaats, waardoor de
occlusie geleidelijk verpietert. Vrijdag komt een uitloper van een hoog
boven ons aandachtsgebied te liggen. van het noorden nadert dan nog wel
een hoogtetrog, maar activiteit lijkt daar nauwelijks op te zitten.

MODELBEOORDELING:
Synoptisch gezien is het beeld eenduidig, de verschillen tussen de
modellen treden op in de grenslaag. HAP1 is aanzienlijk pessimistischer
met de wolkenbasis dan HAP2, Hirlam en al helemaal dan EC. Deze laatste
modellen zijn te optimistisch. Ook ten westen van de FIR zit een
uitgestrekt gebied met (lage) stratus en dat lijkt HAP1/HAP3 momenteel
wel het beste te simuleren. Het blijft nowcasten maar voorlopig houden
we HAP3 aan, aangezien deze tussen HAP1 en HAP2/Hirlam zit en daarmee
het beste past in het huidige beeld. In de middag en avond zou de lage
bewolking overal moeten verdwijnen, in HAP1 en HAP3 gebeurt dit niet
waardoor met het afnemen van de wind een groot mistveld kan ontstaan
boven zee, dat in de nacht naar vrijdag het land optrekt. De andere
modellen laten alleen boven land mist ontstaan door uitstraling, hier
gaan we voorlopig vanuit.

AANDACHTSPUNTEN.
WIND:
In het noordelijk kustgebied en boven het IJsselmeer eerst nog seinen
voor 6 Bft.

BEWOLKING:
Bij de occlusie overwegend stabiel gelaagde bewolking, soms ook wat
ondiepe convectieve bewolking, en stratus. Cumulatief vanaf gisteravond
de meeste neerslag in een strook van Flevoland naar de Achterhoek, 10-15
mm op veel plaatsen tot en met vanmiddag, lokaal 15-20 mm. Overdag
landinwaarts vrij gemakkelijk overgaand in Cu/TCu en vooral in de
noordoostelijke helft nog TCu/Cb's, toppen FL100-130. Vanavond en in de
nacht naar vrijdag waarschijnlijk breed opklarend, de stratus/mist van
zee blijven een aandachtspunt. Vrijdag overdag lijkt met name het
noordelijk kustgebied gevoelig voor lage bewolking.

NEERSLAG:
Bij de occlusie perioden met regen/motregen, nabij het laag (in het
noordoosten van de FIR) soms mogelijk wat buiig van karakter. In de loop
van de ochtend neemt de activiteit van de neerslagzone door subsidentie
langzaam af. De neerslag in de oostelijke helft wordt dan wel wat buiig
(single cell). CAPE is maximaal 200 J/kg, schering ca. 10 knopen.

ZICHT:
Goed, in neerslag matig tot slecht, boven zee mogelijk ook buiten
neerslag. Oost van Schotland wordt aan de oostelijke begrenzing van het
St-veld op een aantal plaatsen mist waargenomen. Dit is een
aandachtspunt voor het noorden van onze FIR later vandaag. In de nacht
naar vrijdag boven land op uitgebreide schaal mist.

TEMPERATUUR:
Aanhoudend te koel voor de tijd van het jaar (normaal = klimaatperiode
1991-2020).



Paraaf meteoroloog: buscher
Bron: KNMI