Guidance modelbeoordeling voor Nederland, de Nederlandse kustwateren en
de Noordzee, gebaseerd op de HARMONIE run van 18 UTC en de overige
genoemde modellen en gidsen met bijbehorende runtijd.

Geldig tot donderdag 11 februari 2021 24.00 locale tijd

Opgesteld op woensdag 10 februari 2021 om 23.43 uur

MODELLENBEOORDELING.
SYNOPTISCHE SITUATIE:
Tussen een hogedrukgebied boven Scandinavië en lage druk boven het
zuidoosten van Europa voert een noordoostelijke stroming continentaal
polaire lucht aan. Vannacht neemt de gradiënt geleidelijk steeds verder
af doordat een rug zich over ons land uitbreidt. Een kleinschalig laag
(1023 hPa, T500=-41°C) dat momenteel ten zuidwesten van Noorwegen ligt,
trekt zuidwaarts en wordt donderdag in de loop van de dag boven het
uiterste noorden van de FIR verwacht. Om het laag ligt een restant van
een occlusie gekruld. Doordat het genoemde hoog richting het zuiden van
Noorwegen trekt met een rug richting Tsjechië, draait de stroming naar
oost tot zuidoost en beweegt het laagje in de nacht van donderdag op
vrijdag opvullend in west- tot noordwestelijke richting.

MODELBEOORDELING:
Actueel zijn de modellen voor de meeste plaatsen te koud doordat er meer
bewolking is. Opklaringen boven Duitsland zullen vannacht ons land gaan
bereiken, maar in de Duitse Bocht wordt voortdurend bewolking aangemaakt
die vooral over het noorden en noordwesten van ons land trekt. Daar waar
het wel langdurig opklaart zullen de modellen juist weer te warm zijn.
In de nacht naar vrijdag stroomt er drogere lucht binnen in de gehele
luchtkolom. De stralingstemperatuur van de atmosfeer neemt dan af en dat
betekent dat het flink afkoelt, waarschijnlijk meer dan de modellen nu
aangeven. Het kleinschalige laagje brengt winterse neerslag met zich
mee. Het is de vraag hoe ver zuidelijk deze neerslag komt. De meeste
modellen houden de neerslag vrij ruim ten noorden van het land. Hirlam
is een vreemde eend in de bijt donderdagavond met de neerslag
zuidelijker tot boven het uiterste noorden van ons land.

AANDACHTSPUNTEN.
WIND:
Aan de noordflank van het laagje 6-7 Bft, maar waarschijnlijk blijft dat
windveld noord van de FIR. In de nacht naar vrijdag komt er op de
zuidelijke Noordzee 6 Bft te staan.

BEWOLKING:
Sc/Cu boven het relatief warme zeewater. Boven land voor Sc. Sneeuwval
wordt al gauw gegenereerd vanwege de lage temperaturen. Vanavond worden
de toppen geleidelijk lager. Komende nacht in het zuidoosten een kleine
kans op St door stuweffecten. Bij het laagje grotendeels gelaagde
bewolking tot max. FL150/-30°C met ingebedde Cb's. CAPE is dan max. ca.
200 J/kg, schering van de orde 10 knopen, single cel.

NEERSLAG:
Lokaal lichte sneeuw. Bij het laagje (natte) sneeuw, waarschijnlijk
alleen boven zee.

ZICHT:
Vannacht en vanochtend boven land kans op nevel en enkele mistbanken.

TEMPERATUUR:
Vannacht in de rug minder bewolking en wegvallende wind. Dan op grotere
schaal strenge vorst dan in voorgaande nacht. Lokaal kan de T2m in het
oosten onder de -15 komen. De gevoelstemperatuur zal komende nacht
echter naar alle waarschijnlijkheid ook slechts lokaal beneden de -15
komen. In de gebieden die het koudst worden, staat dan namelijk niet of
nauwelijks wind. De EC-waarden voor gevoelstemperatuur lijken enkele
graden te laag: de temperaturen zijn te laag (mogelijk te sterke
isolerende werking) en dit model berekent ook meer wind boven land. We
gaan er vanuit dat het in werkelijkheid veel sterker zal ontkoppelen. Er
is de komende 48u met name op lokale wegen aanhoudend kans op gladheid
door de gevallen sneeuw, al zullen die problemen wel steeds minder
worden. Ook is er bevriezing van smeltwater mogelijk dat overdag
(wanneer de temperatuur van het wegdek boven nul komt) bijv. vanaf de
vluchtstrook de weg op stroomt.



Paraaf meteoroloog: zwagers
Bron: KNMI