Guidance middellange en lange termijn

21-01-2021 04:00
Guidance middellange en lange termijn

Opgesteld door het KNMI op donderdag 21 januari 2021 om 04.42 uur

Geldig van zaterdag 23 januari tot donderdag 04 februari

Synoptische ontwikkeling:
Een actief lagedrukgebied boven de noordelijke Noordzee trekt
noordoostwaarts en wordt stationair boven Scandinavie. We verkeren in
maritiem polaire lucht met een vrij zuidelijk gelegen westelijke
stroming waarbij het polaire front ten zuiden van Nederland ligt. Enkele
randstoringen trekken over of ten zuiden van Nederland oostwaarts.
Hierna komen we waarschijnlijk onder invloed van een nieuw sturend laag,
dat over de Atlantische Oceaan oostwaarts trekt. Dinsdag passeert
waarschijnlijk een rug. De kans dat we daarna weer in maritiem tropische
lucht komen loopt op naar ongeveer 70% in het laatste weekeinde van
januari, maar daarna komend we ook in een naar 20-30% toenemend deel van
de leden onder invloed van een noordelijk hoog.

Modelbeoordeling en onzekerheden:
De uitvoer is grootschalig gezien consistent met die van de vorige runs.
In de periode van zaterdag tot en met woensdag is er een kans van
ongeveer 20-30% op sneeuw van betekenis, in de Limburgse heuvels is de
kans duidelijk groter (ca. 40%). Meestal wordt deze sneeuw veroorzaakt
door troggen of CAD's in de polaire lucht, in mindere mate door
randstoringen die net ten zuiden van Nederland oostwaarts trekken. De
voorspelbaarheid van deze individuele systemen is beperkt. In de nachten
is dan tijdens opklaringen de Tmin in de uitvoer ook duidelijk te hoog,
wanneer het langer opklaart moet op grote schaal met lichte vorst
rekening gehouden worden. De dagelijkse neerslagkans is hoog, rond 75%.
Vanaf donderdag 28 januari lijkt de straalstroom de neiging te hebben om
noordelijker te komen, waarbij ook de frontale storingen in de meeste
leden een noordelijker koers volgen. De kansen op temperaturen boven
normaal neemt dan toe naar ca. 70%. De kans op echt winters weer onder
invloed van een noordelijk hoog met overdag temperaturen niet of
nauwelijks boven nul is daarbij aanvankelijk nihil, maar loopt de eerste
dagen van februari op naar ongeveer 20-30%.

Samenvatting meerdaagse-periode:
Wisselvallig met van tijd tot tijd regen of buien, met name in het
oosten en zuiden soms mogelijk ook (natte) sneeuw. Maximumtemperaturen
iets onder normaal.

Samenvatting EPS-periode:
Wisselvallig met 70% kans op een overgang naar maxima boven het
langjarig gemiddelde. De kans op een koud weertype aan het einde van de
periode bedraagt 20-30%.



Paraaf meteoroloog: buscher
Bron: KNMI