Guidance modelbeoordeling voor Nederland

11-12-2020 11:20
Guidance modelbeoordeling voor Nederland, de Nederlandse kustwateren en
de Noordzee, gebaseerd op de HARMONIE run van 00 UTC en de overige
genoemde modellen en gidsen met bijbehorende runtijd.

Geldig tot zaterdag 12 december 2020 24.00 locale tijd

Opgesteld op vrijdag 11 december 2020 om 11.02 uur

MODELLENBEOORDELING.
SYNOPTISCHE SITUATIE:
Een lagedrukgebied ligt vandaag en morgen min of meer stationair ten
noordwesten van de Britse Eilanden liggen. Aan de oostflank van dit laag
staat boven onze omgeving een zuid- tot zuidoostelijke stroming. Een
zwakke occlusie trekt vandaag langzaam noordoostwaarts over ons land.
Vanmiddag en vanavond zien we ook dat boven de Engelse oostkust uit een
NNW-ZZO georienteerd frontaal systeem een apart laag afsnoert, deze
loopt in de nacht naar zaterdag de zuidelijke Noordzee op (Theems
district). De bijbehorende occlusie ligt boven het zuidwesten, trekt
langzaam verder noordoostwaarts, maar zal vervolgens (vanwege de positie
van het afsnoerende laag) stagneren ergens boven het midden van ons
land. Met de passage van de occlusie wordt in het zuidwesten de
aangevoerde lucht zachter en vochtiger, in het noordoosten blijft de
stroming in de onderste niveaus zuidoostelijk en daarmee ook koud en
vrij droog. Zaterdag overdag beweegt het laag heel langzaam over ons
kustgebied noord(oost)waarts. De verschillen tussen het zuidwesten en
noordoosten blijven hiermee in stand en de frontale restanten blijven
boven onze omgeving hangen. De grenslaag wordt dan zeer vochtig.

MODELBEOORDELING:
De condities in de grenslaag vormen vandaag en morgen het belangrijkste
aandachtspunt. De stratus die zich momenteel boven de Noordzee en het
westen van het land bevindt wordt door Hirlam nog het beste weergegeven.
Met het passeren van de occlusie komt in het zuidwesten geleidelijk
vochtigere lucht binnen waardoor de basis van de bewolking geleidelijk
zal dalen, dit proces versterkt zich naarmate de gradient afneemt op
nadering van het afsnoerende vlakke laag en kan wellicht aan het dek
komen waardoor er sprake is van mist (vooral indicatie Harmonie). In de
loop van de ochtend verbeteren de condities langzamerhand met het
weglopen van het vlakke laag. Overigens is de positie van dit vlakke
laag een fractie zuidelijker in Hirlam t.o.v. de andere modellen
waardoor de zone met de slechtste condities zich wat langer in het
zuiden op houdt, maar het gaat om detailverschillen.
Komende nacht laat Hirlam wederom een ijzelsignaal zien in het uiterste
noordoosten. De afgelopen periode hebben we gezien dat Hirlam continu te
lage waarden berekend. Komende nacht speelt wellicht mee dat er in het
noordoosten alleen middelbare bewolking wordt berekend, terwijl de
overige modellen op lagere niveau's een duidelijk verzadigde laag te
zien geven waardoor de uitstraling beperkter blijft. Andere modellen
laten dan ook in het geheel geen ijzelsignalen zien.

AANDACHTSPUNTEN.
WIND:
Vandaag buitengaats seinen voor ZO 6 Bft, in het noordwesten van de FIR
tijdelijk een ZO 7 Bft. Vanavond zullen de seinen geleidelijk
verdwijnen. Zaterdagavond zien we aan de zuidwestflank van het laag
mogelijk een W-NW 6 Bft verschijnen in het kustdistrict Vlissingen.

BEWOLKING:
Actueel in onze kustdistricten en boven het westen van het land stratus,
van het zuidwesten uit geleidelijk toenemend en zakkend in basis. Van
het zuidwesten uit bovendien een dik pakket gelaagde frontale bewolking.
Vanaf vanavond breidt een gebied met lage stratus zich geleidelijk uit
over het land, aan het einde van de nacht wordt ook het noordoosten
bereikt. De middelbare en hogere frontale bewolking beweegt vanmiddag en
vanavond geleidelijk in noordwaartse richting weg en houden we een laag
van ca. 8000 vt dik over. Zaterdag overdag zien we de dikte van de
stratiforme wolkenlaag geleidelijk weer iets toenemen tot ca. FL130, de
wolkenbasis nabij het laag (of vore) zal nog verder zakken (mogelijk tot
aan de grond) omdat de stroming dan nagenoeg wegvalt.


NEERSLAG:
Bij de eerste (zwakke) occlusie zien we een zone met voornamelijk lichte
regen uit een wolkenlaag met overwegend toppen van ca. -8°C. Bij de
tweede occlusie zien we een actievere neerslagzone, perioden met matige
regen. In de avond in het zuidwesten en zuiden wel op steeds meer
plaatsen motregen a.g.v. coalescentie, de progtemps ogen in de onderste
8000 vt behoorlijk verzadigd, terwijl daarboven geen bewolking meer zit.
Deze motregen breidt zich in de nacht naar zaterdag en zaterdagochtend
uit over de rest van het land. Met het dikker worden van het pakket
bewolking wordt ook de toptemperatuur beduidend lager, op FL130 ca.
-16°C, koud genoeg voor het ontstaan van vrieskernen. Hierdoor zal er
a.g.v. inzaaiing zaterdagmiddag naast motregen ook gewoon regen gaan
vallen. Boven zee is er sprake van een convectieve component wegens de
hogere temperaturen daar (ca. 11 graden Celsius).

ZICHT:
Buiten neerslag overwegend goede zichtcondities, in de intensievere
frontale neerslag matige zichtcondities, later in de middag en avond in
het zuidwesten en zuiden in motregen waarschijnlijk ook slechte zichten.
Deze matige tot slechte condities houden ook de gehele zaterdag aan,
mogelijk dat het zicht bij weinig stroming zelfs naar mistwaarden zakt
(<1000 meter).

TEMPERATUUR:
Gedurende de dag steeds verder oplopende temperaturen naar 2°C in het
oosten en noordoosten tot 6°C in Zeeland. In de nacht naar zaterdag
komt de temperatuur nergens meer onder het vriespunt, de lichte vorst
die Hirlam voor het noordoosten berekent negeren we, we gaan ook daar
uit van veel bewolking. Zaterdag overdag zien we behoorlijke
temperatuurtegenstellingen vanwege de positie van het laag (of vore). In
het noordoosten wordt het niet warmer dan 3°C terwijl het langs de
zuidwestkust 9°C kan worden.



Paraaf meteoroloog: schaikm
Bron: KNMI