Guidance middellange en lange termijn

25-11-2020 08:20
Guidance middellange en lange termijn

Opgesteld door het KNMI op woensdag 25 november 2020 om 09.05 uur

Geldig van vrijdag 27 november tot woensdag 09 december

Synoptische ontwikkeling:
Aan het begin van de periode. op vrijdag 27 november, bevindt het
aandachtsgebied zich in een zadelgebied tussen een hoog boven
Scandinavie, het Azorenhoog en een in betekenis afnemend hoog boven
centraal Europa. Een slepend koufront ligt dan ZW-NO georienteerd boven
ons land. Een uitloper vanuit het hoog boven Scandinavie maakt in het
weekend verbinding met het Azorenhoog. De rugas ligt dan nog ten
noordwesten van ons land, maar geleidelijk beweegt deze zuidwaarts en
ligt op maandag dan ten zuiden van ons land. In de tweede helft van de
week trekt en uitdiepend laag vanaf IJsland richting de Golf van
Biskaje. Dit zorgt dan bij ons voor een zuidoostelijke stroming.
In het hoogtepatroon zien we op vrijdag 27 november nog een klein
hoogtelaag net ten noordwesten van ons land. Dit trekt noordwestwaarts
en vult op, waarna we onder invloed van een hoogterug vanuit het oosten
komen. Dit blijft tot en met het weekend het geval, waarna op maandag
een zwakke storing (met hoogtetrog) passeert, waarna we onder invloed
van de volgende hoogterug komen. Op donderdag 3 december berekent de
operationele run dan een hoogtelaag dat vanuit het oosten over ons land
trekt.



Modelbeoordeling en onzekerheden:
Tot en met het weekeinde is de spreiding in het ENS beperkt en de
evolutie vrij eenduidig. Dit uit zich in vrij rustig weer, met op
vrijdag nog neerslag. Ook zien we een wat dalende trend in de
temperatuur. Begin volgende week zien we de onzekerheid sterk toenemen,
hetgeen te maken heeft met de sterkte en positie van resulterende gordel
of rug van hogedruk boven onze omgeving en of er mogelijk nog een
afgesnoerd hoogtelaag doorheen beweegt. De grootschalige patronen in de
clusters komen wel overeen, de precieze positionering van de (hoogte)rug
en het noordelijke laag bepaalt hoe de details uitpakken. Een groot deel
van de EPS leden opteert voor normale of kouder dan normale
temperaturen, tamelijk veel bewolking en lage neerslagkansen. Ook in de
wind zien we aanvankelijk geen uitschieters. Of het tot nachtvorst komt,
zal afhangen van de opklaringen Tegen het einde van de periode zien we
zo'n 25% ENS-leden een overgang naar een zuid- tot zuidwestelijke
aanvoer van minder koude of zachte lucht, met daarbij een wisselvallig
en winderig weerbeeld. In de andere leden houden we aan aflandige
aanvoer en stabiel stralingsweer.

Samenvatting meerdaagse-periode:
Vrijdag wat regen, daarna wisselend bewolkt, meest droog en
middagtemperaturen rond 6?C, met in de nachten een kans op lichte
vorst.


Samenvatting EPS-periode:
Grote (80%) kans op aanhoudend rustig weertype met temperaturen rond of
onder normaal met een kans op nachtvorst. Aan het einde van de periode
neemt de een overgang naar een (licht) wisselvallig weertype met
temperaturen rond of boven normaal en meer wind toe.




Paraaf meteoroloog: diepevee
Bron: KNMI