Guidance modelbeoordeling voor Nederland

23-07-2016 04:00
Guidance modelbeoordeling voor Nederland, de Nederlandse kustwateren en
de Noordzee, gebaseerd op de HIRLAM run van 00 UTC en de overige
genoemde modellen en gidsen met bijbehorende runtijd.

Geldig tot zondag 24 juli 2016 24.00 locale tijd

Opgesteld op zaterdag 23 juli 2016 om 05.36 uur

MODELLENBEOORDELING.
SYNOPTISCHE SITUATIE:
Een hoogterug boven het oosten van Duitsland trekt verder oostwaarts,
terwijl een langgerekte hoogtetrog 06 UTC ongeveer van de zuidelijke
Noordzee naar zuid-Frankrijk ligt. In het zuidelijk deel van deze
hoogtetrog snoert zich vanochtend een apart laag af, dat In het
gronddrukpatroon zien we bij aanvang boven de Noordzee een zwak
hogedrukgebied, boven het zuiden van Duitsland een laag. Als gevolg
hiervan staat in onze omgeving een zwakke noordelijke stroming. Wel
wordt de wind soms erg verstoord door de aanwezigheid van zwakke
convergentielijnen en gevormde buien(complexen). Eén convergentielijn
ligt om 03 UTC van midden-Limburg naar Zeeland en deze beweegt maar heel
langzaam zuidwaarts. Een andere convergentielijn ligt van ZZO-NNW boven
het westen van Duitsland en lijkt in de middag boven het oosten terecht
te komen. De komende 48 uur blijven we te maken houden met dezelfde
luchtsoort, want het zwakke N-Z georiënteerde koufront, althans de
restanten ervan, blijven ten westen van ons land. Zaterdagmiddag
passeert van het westen uit een zwakke 500 hPa trog, die mogelijk een
extra forcering kan leveren.

MODELBEOORDELING:
De aanwezige luchtsoort kenmerkt zich vooral door een hoge waterinhoud.
Forcering in de bovenlucht is er aanvankelijk niet of nauwelijks, pas in
de middag zorgt mogelijk een zwakke hoogtetrog naast de dagelijkse gang
voor extra forcering. Aan de grond zijn dus enkele zwakke
convergentie-zones te herkennen (zie boven), die door de verschillende
modellen steeds net weer iets anders worden berekend en nooit helemaal
de werkelijkheid weergeven. Feit is dat gezien de progtemps de atmosfeer
weinig forcering nodig heeft om lokaal zware buien te laten ontstaan,
waarbij vooral de de hoeveelheid neerslag een belangrijk aandachtspunt
is. Kortom, een scherpe verwachting van de convectie in tijd en plaats
is dan ook nog steeds niet goed mogelijk. Wel is het zo dat wanneer het
tot buien komt dit zeer waarschijnlijk forse buien zien, die langzaam
bewegen en veel waterinhoud hebben. Omdat de hoogste CAPE-waardes vooral
boven Duitsland en in het oosten en zuidoosten (2000-2500 J/Kg) aanwezig
zijn is de kans daar het grootst.

AANDACHTSPUNTEN.
WIND:
Bij buien zijn zeer lokaal windstoten mogelijk. Water loading de
grootste bijdrage aan. Waardes rond 30 kn zijn m.i. mogelijk.
Impulsuitwisseling en afkoeling door verdampende neerslag leveren weinig
of geen bijdrage vanwege de zwakke hoogtewinden en de vochtige lucht.

BEWOLKING:
Aanwezige St moet eerst oplossen. Plaatselijk kan dit tot ver in de
ochtend duren. In de kustgebieden zal de St mogelijk hardnekkig zijn. De
modellen geven hier een redelijke indicatie voor en ze laten ook zien
dat er buitengaats geen structurele verbetering te verwachten is. In de
loop van de ochtend moet het landinwaarts allemaal wel weer optrekken.
CB's kunnen ook vanochtend al bij zwakke forcering ontstaan, lijkt dus
vooral weggelegd voor het zuidwesten en zuiden. Aanvankelijk spelen
convergentie onderin of outflow van buien boven België mogelijk een
rol. Ook overdag kans op forse CB's als de dagelijkse gang mee gaat
spelen (vanaf 25-26 graden). In feite is de situatie niet wezenlijk
anders dan de afgelopen. Hoogste toppen lijken in het oosten voor te
kunnen komen, lokaal tot FL400. Zaterdagavond en nacht naar zondag
lijken de buienkansen kleiner te worden als gevolg van minder
onstabiliteit in de bovenlucht.

NEERSLAG:
Overdag blijft de buienkans aanwezig, waarbij die in de middag het
grootst is in het oosten en zuidoosten van het land (vore + dagelijkse
gang). Nog steeds geldt dat er niet heel veel detail is aan te geven.
Cape-waardes liggen vanmiddag in het oosten boven de 2000 J/kg,
windschering is gering en komt niet of nauwelijks boven de 10 kn uit.
Pulse storm is de meest waarschijnlijke convectiemodus.
Neerslaghoeveelheden kunnen met de zeer lage treksnelheid lokaal groot
zijn. Indicatie voor 20-40 mm/uur is in Harmonie38 steeds duidelijk
aanwezig en lijkt zeer reëel. Onweerskansen zijn uiteraard groot bij de
huidige progtemps, accent in Hirlam00 op het zuidoosten/oosten met zeer
hoge kansen in KOUW/INDECS. Dit past prima in het conceptuele beeld.
Zondag, als op 300 en 500 hPa de hoogtetrog gepasseerd is, neemt de
buienkans af, maar als er een bui ontstaat, zijn er nog steeds grote
hoeveelheden mogelijk.

ZICHT:
De eerste uren nevel en kans op enkele mistbanken. In zware onweersbuien
uiteraard ook slecht zicht. Ook in de nacht naar zondag kans op
mist(banken) vooral in de gebieden waar buien gevallen zijn.

TEMPERATUUR:
Tn tussen 17 en 20 C. Vanmiddag in het oosten Tx =27C op de Wadden 21 C



Paraaf meteoroloog: buscher
Bron: KNMI