Guidance modelbeoordeling voor Nederland, de Nederlandse kustwateren en
de Noordzee, gebaseerd op de HIRLAM run van 18 UTC en de overige
genoemde modellen en gidsen met bijbehorende runtijd.

Geldig tot vrijdag 17 januari 2020 24.00 locale tijd

Opgesteld op donderdag 16 januari 2020 om 01.02 uur

MODELLENBEOORDELING.
SYNOPTISCHE SITUATIE:
Onder invloed van een omvangrijk lagedrukgebied nabij IJsland is er in
onze omgeving sprake van een zuidwestelijke stroming. Een goed
doorstroomde rug van hogedruk ligt bij aanvang boven het noorden van
Frankrijk en trekt noordoostwaarts. De rugas passeert in de ochtend
waarna de stroming zuidelijk wordt. In de middag passeert een inactief
warmtefront ons land van zuid naar noord. Op nadering van een Atlantisch
laag dat richting Ierland trekt neemt de zuidelijke stroming in kracht
toe. Het bijbehorende koufront bereikt ons land vrijdagochtend en trekt,
enigszins vertragend wegens golfvorming, oostwaarts en verlaat het land
aan het begin van de avond. Op het koufront volgt een occlusie die aan
het einde van de middag het westen bereikt en het oosten aan het begin
van de nacht naar zaterdag verlaat. Na passage wordt de stroming
westelijk en voert maritiem polaire lucht aan.

MODELBEOORDELING:
Een aandachtspunt voor komende nacht en ochtend is de (kleine) kans op
stratus. In de rug kan (op uitgebreidere schaal) mist ontstaan boven het
noorden van Frankrijk en boven België, alle modellen berekenen dit,
lokaal is dit nu ook aanwezig boven Frankrijk. De komende uren zijn
daarbij cruciaal aangezien in de loop van de nacht de wind daar alweer
aantrekt en mist zich niet meer kan vormen. Indien het zich daar
grootschaliger voor gaat doen, is er een kleine kans aanwezig dat dit in
de vroege ochtend advectief in de vorm van stratus het zuiden van het
land bereikt.
Passage van het koufront wordt door alle modellen op eenzelfde wijze
berekend. Daarna begint Hirlam wat af te wijken v.w.b. de positie van de
occlusie en het bijbehorende drukpatroon; Hirlam berekent een
kleinschalig vlak laag boven Het Kanaal dat verder opvullend onze
omgeving bereikt. Overige modellen doen dit niet. Het gevolg is dat
zowel het neerslagpatroon als de windsnelheid afwijken. Voorlopig
verwerpen we Hirlam v.w.b. dit fenomeen.

AANDACHTSPUNTEN.
WIND:
Momenteel 6 Bft in de noordwestelijke kustdistricten en 7 Bft
noordelijker in het FIR gebied. Op nadering van de rug verdwijnen de
seinen tijdelijk. Donderdag overdag toenemende wind uit zuid tot
zuidoost, in de avond in de kustdistricten dan Z-ZO 6-7 Bft. In het
noordwesten van de FIR vlak voor het naderende front waarschijnlijk een
8 Bft. Na passage van het koufront sterk afnemende wind. In het Hirlam
scenario neemt de wind in de avond af naar zwak (wegens het vlakke
laagje). In de overige modellen blijft er sprake van een 5 Bft langs de
kust.

BEWOLKING:
Vannacht grotendeels helder, in het noorden is lokaal ST/SC mogelijk
(momenteel ook zichtbaar). Daarnaast drijft er af en toe wat hoge
bewolking over. Voor de komende ochtend een kleine kans op ST in het
zuiden van het land (zie modelbeoordeling). Het inactieve warmtefront
levert amper bewolking op. In de loop van de middag en in de avond wordt
de hogere bewolking van het westen uit geleidelijk dikker op nadering
van het koufront. Bij het koufront zelf is sprake van stratiforme
bewolking met op diverse plaatsen ST bewolking. Na passage wordt de
opbouw onstabiel en kunnen er enkele TCu's/Cb's aanwezig zijn met toppen
rond of net boven FL100. Bij de occlusie enkele Cb's met toppen net
boven FL100.

NEERSLAG:
Tot aan passage van het koufront droog. Bij het koufront perioden met
regen, daarna enkele buien.

ZICHT:
Vannacht lokaal nevel. Indien lage bewolking zich aandient in het zuiden
dan mogelijk ook wat slechtere zichtcondities.

TEMPERATUUR:
Geen bijzonderheden.



Paraaf meteoroloog: schaikm
Bron: KNMI