Guidance modelbeoordeling voor Nederland, de Nederlandse kustwateren en
de Noordzee, gebaseerd op de HIRLAM run van 18 UTC en de overige
genoemde modellen en gidsen met bijbehorende runtijd.

Geldig tot zaterdag 28 december 2019 24.00 locale tijd

Opgesteld op vrijdag 27 december 2019 om 23.45 uur

MODELLENBEOORDELING.
SYNOPTISCHE SITUATIE:
Aan de zuidwestflank van een hoog boven Scandinavie voert een oostelijke
stroming continentaal polaire lucht aan. Het zwaartepunt van het
genoemde hoog beweegt vannacht en zaterdag overdag naar het zuiden van
Duitsland om daar zondag stationair te blijven liggen. De stroming wordt
gedurende het zuidwaarts verplaatsen van het hoog geleidelijk zuidelijk
en zondag zuidwestelijk. Aanvankelijk liggen restanten van een W-O
georiënteerde occlusie boven België. Deze occlusie trekt vannacht
zuidwaarts. Restanten van een oude occlusie en een warmtefront boven het
westen van de FIR bewegen vanaf morgenmiddag en zondag geheel inactief
over onze omgeving. Als gevolg van de invloed van het hoog heeft ons
land de gehele periode met een subsidentie-inversie te maken waardoor
het weer zich volledig in de grenslaag onder deze inversie afspeelt.

MODELBEOORDELING:
Synoptisch gezien is de uitvoer consistent en bruikbaar. De modellen
hebben, net zoals de afgelopen dagen, de grootste moeite met het
beschrijven van de processen in de grenslaag. HAP1 en HAP3 hebben beide
een mistveld boven het westen van het land wat er in werkelijkheid niet
is. Ook EC heeft een overdreven band met lage bewolking boven het
zuidwesten, dit zit een klasse hoger. Hirlam is juist iets te
rooskleurig met de bewolking. Kortom, nowcasten. Actueel zien we aan de
noordflank van de occlusie boven België aangroei van Sc-bewolking tegen
de stroming in door afkoeling in de opklaringen. We gaan er vanuit dat
dit proces geleidelijk tot stilstand komt en de bewolking in de loop van
de nacht weer zuidwaarts gaat bewegen door advectie en door de
toenemende invloed van subsidentie met het dichterbij komende hoog. Voor
wat betreft de kans op vorming van evt. mist geven HA40/HIR hiervoor
signalen. Evenals de afgelopen nacht kan in een langdurige opklaring
(ondiepe) mist of een mistbank ontstaan. De lucht is erg droog en er
staat 10-15 kn geowind, dus meest waarschijnlijk scenario is dat de evt.
mist ondiep blijft of doormengt. Voor de mogelijkheid op het ontstaan
van turbulentiestratus is de aangevoerde lucht te droog. Omdat de
temperaturen vannacht in het grootste deel van het land onder nul komen
kan evt. mist mogelijk aanvriezen. In de nacht naar zondag is de
aanwezige lucht een stuk droger, de kans op mist is dan een stuk
kleiner.

AANDACHTSPUNTEN.
WIND:
Komende nacht geowind 10-15 kn. Zaterdag vooral in het noordelijk deel
van de FIR ZW 6 à 7 Bft, verder geen bijzonderheden.

BEWOLKING:
Zie ook modelbeoordeling. Zaterdag in het westen van de FIR kans op St
nabij de oude occlusie, hoewel dit niet opgelegd is. We benoemen dit als
een "kans op" scenario. Verder zien we zaterdag veel nabij de oude
fronten veel cirrusbewolking, waarschijnlijk zal de zon daar beide dagen
wel doorheen komen.

NEERSLAG:
-

ZICHT:
Komende nacht en mogelijk ook de nacht naar zondag in opklaringen kans
op mist(banken) of nevel teruglopende zichten.

TEMPERATUUR:
Vannacht/zaterdagochtend op de meeste plaatsen lichte vorst. Mocht de
St/Sc zich boven het westen lang handhaven, dan wordt het daar zaterdag
ook daar niet warmer dan een graad of 2, net als in het noordoosten van
het land. Nacht naar zondag opnieuw lichte vorst, mogelijk m.u.v.
westkust. Komende nacht kans op gladheid door bevriezing of condensatie,
in de nacht naar zondag is het daar waarschijnlijk te droog voor.



Paraaf meteoroloog: boonstra
Bron: KNMI