Guidance modelbeoordeling voor Nederland

24-11-2019 05:00
Guidance modelbeoordeling voor Nederland, de Nederlandse kustwateren en
de Noordzee, gebaseerd op de HIRLAM run van 00 UTC en de overige
genoemde modellen en gidsen met bijbehorende runtijd.

Geldig tot maandag 25 november 2019 24.00 locale tijd

Opgesteld op zondag 24 november 2019 om 05.51 uur

MODELLENBEOORDELING.
SYNOPTISCHE SITUATIE:
Een complex lagedrukgebied boven Frankrijk zorgt in onze omgeving voor
een zuidoostelijke (boven)stroming. Op enige hoogte is warmteadvectie
aanwezig waardoor er zich een inversie heeft gevormd rond 1500/2000 vt.
Daaronder is de aangevoerde lucht vochtig. Een niet actieve NNW-ZZO
georiënteerde occlusie boven Frankrijk trekt noordoostwaarts en bereikt
vanochtend het zuidwesten. Deze noordwaartse verplaatsing heeft te maken
met een Atlantisch laag dat richting Ierland trekt. Vandaag overdag
trekt de occlusie in een frontale vore verder naar het noordoosten,
bereikt vanavond het midden van het land, om vervolgens komende nacht
nog verder noordoostwaarts te bewegen.
Een NZ georiënteerde occlusie, behorend bij het Ierse laag bereikt
maandag 18 UTC het westen van onze FIR en ligt dinsdag 00 UTC tegen de
westkust aan

MODELBEOORDELING:
Een belangrijk aandachtspunt voor het eind van de nacht en de ochtend is
het al dan niet ontstaan van mist in het midden en zuiden van het land.
De operationele HAP2 heeft normaal gesproken een overschatting van
stralingsmist en een onderschatting van de vorming van
turbulentiestratus.

De diverse Harmonies behandelen de mist anders en gekozen wordt voor het
HAR40 scenario in het zuiden.

Een tweede issue is de kans op turbulentie stratus in het noord(oost)en.
Het signaal voor turbulentiestratus wordt, gezien de ervaring, door HAP3
het best berekend en daarvoor zien we in dat model voor het noorden van
het land een duidelijk signaal en dat wordt gehonoreerd. Het mistsignaal
in HAP3 oogt echter overdreven uitgebreid, wat we ook weten van dit
model.

Bij de occlusie lijkt stratus waarschijnlijk, het mistsignaal in de
modellen overdag oogt wat onrealistisch, maar zondagavond en in de nacht
naar maandag neemt de kans op (pre)frontale mist wel sterk toe. We zien
dan in alle modellen (naast Harmonies, ook Hirlam00 en EC00) een signaal
hiervoor.

AANDACHTSPUNTEN.
WIND:
M.u.v. de zuidwestelijke kustdistricten 5 Bft buitengaats, geleidelijk
noordwaarts weglopend (gradiëntafname door de vore), Noordzeedistricten
verder naar het noorden eerst nog 7 Bft.

BEWOLKING:
Zie de modelbeoordeling.

NEERSLAG:
Bij de occlusie is de bewolking waarschijnlijk niet dik genoeg voor
motregen. Zondagavond kan de Sc boven het zuiden van de Noordzee dik
genoeg worden voor plaatselijk wat lichte motregen. In de loop van
maandag neerslag boven de Noordzee op nadering van de Ierse laag
occlusie

ZICHT:
Zie de modelbeoordeling. Vannacht teruglopend zicht, ook door het
afnemen van de wind. Boven land en langs de kust matig tot slecht zicht
met in het midden en zuiden lokaal mist. Overdag bij de occlusie ook nog
hier en daar nevelig. Zondagavond en in de nacht naar maandag vorming
van (pre)frontale mist op veel plaatsen, achter de occlusie matig tot
goed zicht door Sc-bewolking.

TEMPERATUUR:
Komende nacht in het oosten en zuidoosten een geringe kans op
condensatie- dan wel bevriezingsgladheid op koude punten.



Paraaf meteoroloog: debie
Bron: KNMI