Guidance modelbeoordeling voor Nederland

13-10-2019 10:20
Guidance modelbeoordeling voor Nederland, de Nederlandse kustwateren en
de Noordzee, gebaseerd op de HIRLAM run van 06 UTC en de overige
genoemde modellen en gidsen met bijbehorende runtijd.

Geldig tot maandag 14 oktober 2019 24.00 locale tijd

Opgesteld op zondag 13 oktober 2019 om 11.51 uur

MODELLENBEOORDELING.
SYNOPTISCHE SITUATIE:
Op hoogte is er sprake van een zuidwestelijke stroming aan de oostzijde
van een trog die NNO-ZZW georienteerd west van Ierland ligt. Aan de
grond ligt een lagedrukgebied boven het zuidoosten van Engeland. Later
vanmiddag, maar vooral vanavond trekt dit laag onder invloed van een
krachtige jet streak uitdiepend naar het Skagerrak. Het bijbehorende
warmtefront ligt 12 UTC vanuit het laag naar de Duitse Bocht en trekt
noordwaarts. Het koufront bereikt 16-17 UTC de westkust en verlaat rond
21 UTC het zuidoosten. In de loop van de nacht en ochtend passeert van
het zuidwesten uit een trekrug, snel gevolgd door een warmtefront. Het
ZW-NO georiënteerde warmtefront bereikt maandag aan het einde van de
ochtend Limburg en trekt in de middag en eerste deel van de avond over
het land. We komen dan weer in een zuidelijke stroming met aanvoer van
warmte en vochtige lucht.

MODELBEOORDELING:
We zien voortdurend dat de modellen de wolkenbasis te hoog berekenen bij
de fronten. Bovendien is de St op uitgebreidere schaal aanwezig dan in
de modellen. Belangrijk aandachtspunt is de activiteit van het koufront
vanavond. We zien nog slechts kleine timingsverschillen. Echter, vwb.
activiteit zijn de verschillen behoorlijk groot. De Harmonies missen
actueel een deel van de stratiforme neerslag, daarin lijken EC en Hirlam
een betere leidraad. Opvallend is overigens dat EC00 de stratiforme
neerslag sterk laat de-activeren, met daar vooruit nog wel een
convectief signaal. Meest waarschijnlijk scenario is dat evt. convectie
vanaf de grond in België en NW-Frankrijk ontstaat en dan in stand
blijft. In ons land kan het niet of nauwelijks door instraling vanaf de
grond ontstaan, alleen mogelijk net voor het koufront in het zuidwesten
(Zie progtemps EHWO). De forcering zou dan voornamelijk van het koufront
zelf moeten komen. De stratiforme neerslag neemt daarentegen langzaam in
activiteit af, mogelijk tijdelijk onder invloed van de rechter-uitgang
van de jet streak.

AANDACHTSPUNTEN.
WIND:
Bij eventuele buien voor het koufront komen windstoten voor, waarbij
Harmonie36 van run tot run met al dan niet zware windstoten komt. De
primaire bijdragen voor de windstoten zijn een forse neerslagintensiteit
(veelal 5-10 mm/u, lokaal 10-20 mm/u) en neerwaarts transport (50 kn op
geringe hoogte in de kolom). Mogelijk zou dit een code geel voor
vanavond rechtvaardigen, maar de onzekerheid daaromtrent blijft
aanwezig. Voor de gemiddelde wind gaan we uit van een toename naar 6 Bft
in alle districten, aan de zuidflank van het laag 7 Bft, mogelijk 8
Bft.

BEWOLKING:
Enkele Cb's boven het noorden. Deze Cb's hebben een basis rond 5000 vt
en toppen halen FL250. In de avond kunnen Cb's vanaf de grond tot
ontwikkeling komen. De trigger is hierbij waarschijnlijk het inkomende
koufront, met (gezien de tijd-hoogtediagrammen van de potentiële
natteboltemperatuur) rond 900 hPa wat koudere lucht voor het koufront
uit. Toppen zullen rond FL250 liggen, maar lokaal hoger. Komende nacht
zien we in de polaire lucht in geen van de modellen een signaal voor St.
Net achter het warmtefront van maandag zien we opnieuw de mogelijkheid
tot Cb's, Toppen dan opnieuw mogelijk FL250.

NEERSLAG:
Voornamelijk stratiforme regen ten noorden van het warmtefront. In de
warme sector enkele buien, lokaal met onweer. Schering (zowel 1-3 als
1-6) zijn orde 15-20 kn, CAPE is maximaal 400-700 J/kg. Enige
organisatie is er natuurlijk wel. Onweerssignalen zijn gering voor deze
buien. Op en net voor het koufront komen waarschijnlijk enkele buien tot
ontwikkeling. Hier is veel schering aanwezig, tussen 0 en 6 km soms meer
dan 50 kn. De CAPE-waardes zijn veel kleiner, circa 100-200 J/kg. We
zitten dan in de "mini-supercellmodus". In combinatie met een TPW van
30-35 mm kan dit zeer lokaal leiden tot wateroverlast. De treksnelheid
ligt hoog, dus het gaat om wateroverlast door forse intensiteiten. Kans
op onweer is aanwezig, maar grootschalig lijkt het niet te worden.
Kansen in HarmonEPS zijn sterk afgebouwd, KOUW komt met 15-25% kans in
de periode 15-21 UTC.
Voor het warmtefront van maandag eerst lichte regen, in de warme sector
opnieuw kans op buien die vanaf hoogte ontstaan, we zien dan een zeer
markant maximum in warmte-advectie overtrekken. De schering is 20-30 kn,
CAPE 400-700 J/kg (later nog veel hoger, maar omdat de trigger van
convergentie dan weg is, ontstaan er geen buien meer zodra het
warmtefront noordwaarts vertrokken is). Onweerskansen zijn ook bij deze
buien weer aanwezig en lijken duidelijk hoger dan vandaag.

ZICHT:
Ten noorden van het warmtefront nevel, bij het front zeer lokaal mist.
De rest van de periode hangt het zicht af van de neerslagintensiteit.

TEMPERATUUR:
De zomerse grens van 25°C komt zeer dicht in de buurt van Venlo te
liggen rond 16:00 vanmiddag.



Paraaf meteoroloog: buscher
Bron: KNMI