Guidance modelbeoordeling voor Nederland, de Nederlandse kustwateren en
de Noordzee, gebaseerd op de HIRLAM run van 06 UTC en de overige
genoemde modellen en gidsen met bijbehorende runtijd.

Geldig tot zondag 30 juni 2019 24.00 locale tijd

Opgesteld op zaterdag 29 juni 2019 om 17.57 uur

MODELLENBEOORDELING.
SYNOPTISCHE SITUATIE:
Een hoog boven Centraal Europa trekt geleidelijk oostwaarts. De stroming
draait hierdoor vanavond en vannacht van zuidoost naar zuidwest.
Vannacht en morgenochtend trekt een noord-zuid georiënteerde thermische
vore (Theta-w 850 tong van ca. 20°C), oostwaarts over het
aandachtsgebied. Deze convergentielijn wordt spoedig gevolgd door een
(inactief) koufront (Theta-w 850 17°C) van een laag dat ten noorden van
Schotland oostwaarts trekt. Achter het koufront bouwt een ZW-NO
georienteerde rug, behorende bij het Azorenhoog, op.

MODELBEOORDELING:
Verschil zien we met name in Hirlam dat als enige model convectieve
neerslag achter het koufront berekent. Progtemps laten een enkele Cb met
zeer hoge (FL130) basis toe, maar een duidelijke forcering ontbreekt.
Als er al neerslag wordt gevormd, valt dit echter door een zeer droge
laag en zal verdampen. Zoals bekend zit dit mechanisme niet in Hirlam.
We gaan er dan ook voorlopig van uit dat eventuele neerslag niet de
grond bereikt.
Hirlam geeft voor morgen en maandag ook nog (lichte) neerslag uit hoge
tot middelbare bewolking op de Noordzee. Om dezelfde reden als hiervoor
verwerpen we dit.
Hirlam geeft ook als enige voor morgenochtend indicatie van St/lage Sc
op de tong met de hoogste Theta-w. We gaan ervan uit dat als deze
bewolking voorkomt het blijft bij few/sct.



AANDACHTSPUNTEN.
WIND:
Vanavond in de zuidoostelijke stroming optreden van een nachtelijk
windmaximum. Morgenochtend trekt achter de vore de wind aan waarin Ha36
als enige 6 Bft geeft in het noordelijk kustgebied. We gaan ervan uit
een uurgemiddelde 6 Bft niet zal voorkomen en houden het bij 5 Bft.
Morgen overdag geeft Ha36 ook als enige een 7 Bft, mogelijk zelfs 8 Bft,
op de Vikingbank. Ook dit verwerpen we vooralsnog.

BEWOLKING:
Op de vore vannacht/morgenochtend in het noorden van de FIR mogelijk een
CB (EC en Hirlam geven dit). Net achter de vore morgenochtend kans op
few/sct St/SC boven land, zie modelbeoordeling. Achter het grondkoufront
velden middelbare en hoge bewolking (maandag ook velden SC) en volgens
Hirlam zondag kans op een Cb (zie ook modelbeoordeling).

NEERSLAG:
Bij de Theta-w 850 tong zien we een smalle strook met MUCAPE van iets
boven de 2500 J/kg, boven land met een MUCIN van -100 à -200 J/kg.
Progtemps laten zien dat deze MUCAPE boven land niet aangesproken kan
worden door een zeer droge en warme laag boven het Theta-W maximum.
Boven het noorden van de FIR is de MUCIN minder en EC en Hirlam geven
ook kans op een bui. Als er een bui komt is de kans op onweer groot
(toppen FL370).
Achter het koufront is een enkele bui met hoge basis niet uitgesloten
(zie modelbeoordeling), maar de kans is nu te klein om in de
verwachtingen op te nemen.

ZICHT:
Goed, boven zee in het westen en noorden van het aandachtsgebied kans op
matig zicht, ruim buitengaats.

TEMPERATUUR:
Komende nacht langzaam dalende temperatuur naar 16 à 20°C in de vroege
ochtend. Zondag wordt het maximum in het oosten al vroeg bereikt vanwege
kou-advectie achter de convergentielijn. In het (uiterste) oosten kan
aan het eind van de ochtend de 30°C nog lokaal aangetikt worden.



Paraaf meteoroloog: tuenter
Bron: KNMI