Guidance modelbeoordeling voor Nederland

29-01-2019 12:00
Guidance modelbeoordeling voor Nederland, de Nederlandse kustwateren en
de Noordzee, gebaseerd op de HIRLAM run van 06 UTC en de overige
genoemde modellen en gidsen met bijbehorende runtijd.

Geldig tot woensdag 30 januari 2019 24.00 locale tijd

Opgesteld op dinsdag 29 januari 2019 om 12.42 uur

MODELLENBEOORDELING.
SYNOPTISCHE SITUATIE:
Aan de zuidwestflank van een complex lagedrukgebied boven de Noorse Zee
voert een zuidwestelijke stroming in onze omgeving maritiem polaire
lucht aan. Een laag ten voor de Franse kust trekt aanvankelijk nog iets
uitdiepend oostwaarts, maar trekt komende nacht uiteindelijk opvullend
in de richting van de Ardennen. Een NO-ZW georienteerde occlusie ligt
aanvankelijk vrijwel stationair boven het uiterste noordwesten. Door de
geleidelijk meer naar zuid tot zuidoost draaiende stroming zal de
occlusie later vanmiddag noordwaarts trekken. Een trog van Schotland
naar Wales loopt gedurende de dag geleidelijk in op de occlusie waarna
het gecombineerde systeem in de loop van de nacht naar woensdag het
zuidwesten van ons land bereikt. Ook op hoogte zien we een trog op het
systeem inlopen. Woensdag overdag trekt het systeem, door de krimpende
hoogtestroming, langzaam in noordoostelijke richting. Oost van de
bijbehorende scherpe windsprong krimpt de stroming naar zuidoost, west
ervan wordt de stroming westelijk en wordt zachtere zeelucht aangevoerd.
De eerder genoemde occlusie, die rondom het ' Franse laag gekruld ligt,
beïnvloedt morgen overdag geleidelijk mogelijk het zuidoosten en oosten
van het land.

MODELBEOORDELING:
De modellen zijn voor de korte termijn consistent. In de timing van de
neerslag op woensdag zijn er nog steeds duidelijke en tamelijk grote
verschillen waarneembaar. In EC/Hirlam zien we dat het 'Franse' laag
minder snel opvult en ervoor zorgt dat het trog/occlusie systeem wordt
vertraagd in zijn noordoostwaarts verplaatsing, meer dan de Harmonies
dat doen. Naarmate de tijd vordert nemen de verschillen steeds meer. We
zien dat Hirlam nu de occlusie het traagst laat doorlopen en dat
vergeleken met de EPS de overige modellen qua treksnelheid een iets
realistischer oplossing lijken.
Bovenstaande verschillen hebben ook gevolgen voor de snelheid waarmee de
sneeuw noordwaarts trekt. We houden vanaf woensdagmiddag de lijn
EC/Harmonie aan.

AANDACHTSPUNTEN.
WIND:
Op woensdag aan de westflank van de scherpe trog (sterke windruiming op
de windsprong) zien we wel verschillen doordat er op verschillende
plekken kleine laagjes ontstaan, maar alle modellen laten wel 5,
mogelijk 6 Bft zien.

BEWOLKING:
Bij de occlusie nog enkele TCu/Cb, toppen FL100-150. In de sneeuw een
tamelijk dik, stabiel gelaagd pakket, met vooral rondom de windsprong
een sterk signaal voor ST. West van de trog, met het binnenkomen van
koudere bovenlucht gaan de toppen van de Cb's tot FL150-200. Verder
zuidwest van de trog breed opklarend en mogelijk vorming van turbulentie
ST later in de nacht en ochtend.

NEERSLAG:
Vanavond laat of in de nacht naar woensdag is er dus enige
onduidelijkheid in de timing van de eerste neerslag boven het
zuidwesten. Vooralsnog gaan we er vanuit dat de neerslag bij het front
het zuidwesten in de loop van de nacht bereikt en dat er dan
(stratiforme) sneeuw gaat vallen met gladheid tot gevolg. Deze meest
lichte sneeuw trekt woensdag langzaam noordoostwaarts, achter de
windsprong overgaand in natte sneeuw of regen maar tevens in activiteit
afnemend. We gaan voorlopig uit van 1-3 cm, mogelijk iets meer in het
zuiden en zuidoosten, waarvan een deel (enige tijd) zal kunnen blijven
liggen, in de Zuid-Limburgse heuvels is het niet ondenkbaar dat er over
de hele periode lokaal 5-10 cm valt. Noord van de neerslagzone zien we
de wegdektemperaturen woensdag overdag (iets boven nul komen en pas in
de sneeuw vanaf eind van de middag weer dalen. Gladheidsperikelen in het
noorden en noordoosten lijken dan ook pas later in de middag of in de
avond op te treden. Boven de Noordzee is er bij en vooral achter de
trog/occlusie ook een convectieve component aanwezig met daarbij
(ingebedde) (winterse) buien, met een kleine kans op onweer.


ZICHT:
In sneeuw de gebruikelijke zichtverslechteringen. In de nacht naar
donderdag mogelijk nevelig, in de trog is ook mist niet uitgesloten.

TEMPERATUUR:
Komende nacht iets onder nul. Woensdag overdag in de sneeuwzone nul of
een paar tienden erboven, achter de windsprong geleidelijk oplopend tot
enkele graden boven nul.



Paraaf meteoroloog: buscher
Bron: KNMI