Guidance modelbeoordeling voor Nederland

08-12-2018 16:20
Guidance modelbeoordeling voor Nederland, de Nederlandse kustwateren en
de Noordzee, gebaseerd op de HIRLAM run van 12 UTC en de overige
genoemde modellen en gidsen met bijbehorende runtijd.

Geldig tot zondag 09 december 2018 24.00 locale tijd

Opgesteld op zaterdag 08 december 2018 om 16.48 uur

MODELLENBEOORDELING.
SYNOPTISCHE SITUATIE:
Een lagedrukgebied bij het zuiden van Noorwegen trekt oostwaarts. De
stroming is westelijk en wij bevinden ons in polaire lucht. Een
occlusie, gekenmerkt door een gebied met hogere theta-w 850 hPa en aan
de oostkant meest stratiforme neerslag, trekt in de avond over Nederland
oostwaarts. Deze wordt gevolgd door een trog. Zondagnacht en -ochtend
trekt een back-bent occlusie zuidwaarts, waarna de stroming
noordwestelijk wordt en de windsnelheid tijdelijk afneemt.

MODELBEOORDELING:
De systemen zijn duidelijk herkenbaar in de diverse uitvoer, op details
zijn er verschillen. Ten westen van de occlusie nog enige onzekerheid:
er trekt een trog, met aan de zuidkant een versterking van de wind, over
het noorden oostwaarts. De exacte baan verschilt nog wat in de uitvoer
en daarmee de meest noordelijke begrenzing van het windveld. Het lijkt
er nu op dat alleen het oostelijk Waddengebied en het noordoosten buiten
het windveld blijft. De uitschieters zijn afgenomen ten opzichte van de
vorige (vooral Harmonie36) uitvoer. In de timing van de back-bent
occlusie zijn er verschillen van enkele uren, dit is belangrijk voor de
timing van de wateropzet. In de Harmonie36 uitvoer komt deze het snelst,
in de EC uitvoer het laatst. Hier is nu nog geen duidelijke uitspraak
over te doen, maar de Harmonie36 uitvoer wijkt nogal sterk af van de
rest.

AANDACHTSPUNTEN.
WIND:
Genoemde onzekerheid bij de occlusie. Algemeen beeld is W 7-8 Bft aan de
kust, met bij buien uitschieters tot ongeveer 80 km/uur, op de kust tot
ca 90 km/uur. Ook zondagavond in de NW stroming in het N-lijk kustgebied
bij buien nog uitschieters tot circa 80 km/uur.

BEWOLKING:
Voornamelijk convectieve bewolking. Toppen ten W van de occlusie
ongeveer FL200. Landinwaarts bij wat meer geclusterde convectie een
signaal voor ST rond 1000 vt. Bij de back-bent occlusie CAPE rond 300
J/kg, toppen rond FL250. Zondag ten N van de back-bent occlusie losse
buien, typisch voor een NW stroming, ook maandag nog, maar minder hoge
toppen (FL080).

NEERSLAG:
CAPE in een gebied ten westen van de occlusie tot ongeveer 400 J/kg.
Schering bij de occlusie 35-40 kn, landinwaarts komt de forcering niet
meer vanaf de grond dus is de 50 kn schering in de uitvoer niet heel
realistisch, multicel waarschijnlijk. Korrelhagel en onweer lijkt
waarschijnlijk, vooral in de kustgebieden bij de trog ten W van de
occlusie. Bij de back-bent occlusie lijkt enige lijnvorming op te treden
in de uitvoer, Schering dan rond 25 kn, multicel. Ook hier weer lokaal
korrelhagel en onweer.

ZICHT:
In zwaardere buien zichtvermindering.

TEMPERATUUR:
Extremen over het algemeen wat groter dan in de uitvoer: Tx wat hoger,
Tn wat lager dan in de uitvoer. Beeld is verder eenduidig.



Paraaf meteoroloog: huiskamp
Bron: KNMI