Guidance modelbeoordeling voor Nederland, de Nederlandse kustwateren en
de Noordzee, gebaseerd op de HIRLAM run van 13 UTC en de overige
genoemde modellen en gidsen met bijbehorende runtijd.

Geldig tot vrijdag 30 november 2018 24.00 locale tijd

Opgesteld op donderdag 29 november 2018 om 15.59 uur

MODELLENBEOORDELING.
SYNOPTISCHE SITUATIE:
Een diep lagedrukgebied zuid van IJsland trekt naar de Noorse Zee. Een
randstoring ligt boven de Noorse Zee en trekt verder noordwaarts. Het
bijbehorende koufront ligt boven het oosten en verlaat spoedig
oostwaarts het land. Achter dit koufront bevindt zich polaire lucht, de
gradient op het front aan de grond is echter heel diffuus en pas in de
loop van de nacht en vrijdagochtend stroomt er duidelijk drogere en
koudere lucht binnen. De bovenluchtstroming achter het koufront wordt
steeds meer cyclonaal en de aangevoerde lucht geleidelijk kouder. T500
daalt naar waardes rond -28 gr C vrijdagavond wanneer de as van de
NZ-georienteerde bovenluchttrog van west naar oost over het land trekt.
Lager in de atmosfeer bevinden zich in de polaire lucht enkele zwakke
kortgolvige troggen. Zaterdagmiddag bereikt een volgend frontaal systeem
het (zuid)westen van de FIR.

MODELBEOORDELING:
Qua neerslag laten de modellen in grote lijnen hetzelfde beeld zien, de
Harmonies lijken de stratiforme neerslag bij het koufront vanavond wat
te onderschatten. De buien in de polaire lucht bij de troggen zijn dan
wel weer duidelijker te volgen in de Harmonies. Zaterdag overdag zijn er
nog wel duidelijke verschillen in de timing van het volgende frontale
systeem.
Qua bewolking laten alle modellen een soortgelijk beeld zien en staat
HIR alleen met het signaal voor de vorming van turbulentiestratus of
lage SC later vannacht en vrijdagochtend. We houden het voorlopig op een
kleine kans, vooral in de noordelijke helft. In de nacht naar zaterdag
zien we dit signaal opnieuw terugkomen, ditmaal ook in de andere
modellen, in het noordwesten.

AANDACHTSPUNTEN.
WIND:
7 Bft in onze westelijke kustdistricten, de 8 Bft is zojuist verdwenen.
Boven het noorden van de Noordzee is lokaal 9 mogelijk zelfs even 10
Bft. Na koufrontpassage neemt de wind af. Gezien de zuidelijke component
blijven de zware windstoten beperkt tot de Noordzee.

BEWOLKING:
Bij het koufront een gelaagd stratiform wolkenpakket met lokaal SC.
Achter het koufront een meer cumuliform/convectief wolkenbeeld, eveneens
met een basis (ruim) boven de 2000 vt. In de loop van de avond en
vannacht een toenemende kans op Cb's in de polaire lucht achter het
koufront, met name boven de (relatief warme) Noordzee. Toppen dan tot
ca. FL250. De kans op turbulentiestratus boven land vannacht houden we
voorlopig klein. Ook vrijdag overdag veelal een convectief wolkenbeeld,
waarbij de CB bij de kleinschalige troggen soms ook wat geclusterd
voorkomen. Zaterdagochtend toenemende frontale bewolking op nadering van
het volgende frontale systeem, vanaf de middag in het westen van de FIR
ook met lage SC en stratus.

NEERSLAG:
Voor en bij het koufront valt er regen en motregen. Achter het koufront
met name boven de Noordzee enkele buien. Bij de buien is de CAPE 200-400
J/kg, lokaal 400-700 J/kg. Schering in de ordegrootte van 20-30 kn.
Multicells zijn mogelijk, waarschijnlijk opgelijnd als gevolg van
convergentie. Een enkele onweersklap is mogelijk. Ook vrijdag overdag
aanhoudende kans op buien, met daarbij nog steeds een (kleine)
onweerskans, opnieuw vooral boven zee. Zaterdag overdag gaat het opnieuw
regenen.

ZICHT:
Goed, in de buien later mogelijk matige zichten.

TEMPERATUUR:
Geen bijzonderheden.



Paraaf meteoroloog: wijs
Bron: KNMI