Guidance modelbeoordeling voor Nederland, de Nederlandse kustwateren en
de Noordzee, gebaseerd op de HIRLAM run van 18 UTC en de overige
genoemde modellen en gidsen met bijbehorende runtijd.

Geldig tot donderdag 18 oktober 2018 24.00 locale tijd

Opgesteld op woensdag 17 oktober 2018 om 00.32 uur

MODELLENBEOORDELING.
SYNOPTISCHE SITUATIE:
Een actief lagedrukgebied nabij IJsland veroorzaakt een zuidwestelijke
stroming in onze omgeving. Dit lagedrukgebied trekt de komende dag
noordwaarts waarna in de loop van woensdag en donderdag een rug vanuit
het Azorenhoog opbouwt boven de Noordzee. Hierdoor wordt de stroming in
onze omgeving woensdag geleidelijk noordwestelijk. Een inactief koufront
dat momenteel boven East-Anglia ligt bereikt ons land in de ochtend,
trekt vervolgens langzaam zuidoostwaarts en verlaat Limburg
donderdagochtend. Na passage wordt iets koelere en drogere lucht
aangevoerd. Een zwakke occlusie boven Engeland bereikt vervolgens het
noordwestelijke deel van ons FIR gebied in de ochtend, ligt in de nacht
naar donderdag boven het noordwesten van het land en komt donderdagavond
steeds verder in activiteit afnemend tot stilstand boven het zuiden. Na
passage volgt kort daarop nog een inactieve occlusie.

MODELBEOORDELING:
De condities in de grenslaag zijn het belangrijkste aandachtspunt de
komende periode. Dat is zeker het geval in de nu nog aanwezige warme en
vochtige lucht. Boven land is lokaal mist mogelijk, modellen laten dit
allemaal in grote lijnen ook zien. De kans is wel wat kleiner dan
afgelopen nacht wegens iets meer gradient. Daarbij heeft de nu aanwezige
vrij dikke hoge bewolking ook nog een dempend effect op de mistkansen.
Net voor het koufront uit kan lokaal nog wat lage Sc/St bewolking
voorkomen, dit wordt door alle modellen ondersteund. Overdag lost de St
boven land op, maar in de nacht naar donderdag zou dit voor de Limburgse
heuvels verhoogde St kansen op moeten leveren, ook geholpen door stuw.
Op de occlusie soms wat lichte motregen en mogelijk ook Sc/St bewolking,
alle modellen ondersteunen dit. Er zijn nog enige verschillen te zien
t.a.v. de precieze positie van het front. Dit heeft ook gevolgen voor de
mistkansen in het noorden van het land in de nacht naar donderdag. Sc/St
bewolking is ook mogelijk op de daaropvolgende occlusie.

AANDACHTSPUNTEN.
WIND:
Geen opmerkingen.

BEWOLKING:
Bij (of net voor) het koufront lokaal Sc/St bewolking, de St lost boven
land overdag op, maar kan in de Limburgse heuvels in de nacht naar
donderdag aanleiding geven tot St beneden 500 vt. Op passage van de
occlusie ook Sc en mogelijk St bewolking (Ha36 geeft de grootste kans op
St). De daaropvolgende occlusie levert Sc bewolking op.

NEERSLAG:
Bij de occlusie donderdag lokaal motregen (de bewolking heeft slechts
een zeer geringe verticale diepte). Verder droog.

ZICHT:
Afhankelijk van de bewolking kans op enkele mistbanken, FGT laat vooral
in het zuidwesten en midden een kans zien (20-30%) op <800 m zien. Ook
in de nacht naar donderdag zou lokaal mist voor kunnen komen wegens
weinig wind en voor de frontale zones uit nog opklaringen. Een en ander
is wel afhankelijk van de precieze positie van het front.

TEMPERATUUR:
Hir- en EC uitvoer laten zoals vaak in stralingssituaties te weinig
dagelijkse gang zien. Tmin tijdens langdurige opklaringen komende nacht
enkele graden lager dan in de uitvoer, tot ca 8 graden.



Paraaf meteoroloog: schaikm
Bron: KNMI