Guidance modelbeoordeling voor Nederland, de Nederlandse kustwateren en
de Noordzee, gebaseerd op de HIRLAM run van 12 UTC en de overige
genoemde modellen en gidsen met bijbehorende runtijd.

Geldig tot maandag 01 oktober 2018 24.00 locale tijd

Opgesteld op zondag 30 september 2018 om 18.52 uur

MODELLENBEOORDELING.
SYNOPTISCHE SITUATIE:
Een lagedrukgebied boven Noord-Scandinavië trekt oostwaarts. Het
bijbehorende koufront ligt om 18 UTC boven het noordwesten van het land,
trekt zuidoostwaarts en verlaat aan het einde van de nacht het
zuidoosten. Na passage van het front wordt de stroming noordwestelijk en
neemt sterk in kracht toe. Maandagochtend passeert de hoogtetrog (T500
-28 °C) en vrij snel gevolgd door restanten van een koufront (was eerst
een occlusie) met daarachter drogere lucht (lagere dauwpunten). Hierna
neemt de invloed van een rug van hoge druk die van het westen uit
nadert, snel toe. Een tweede depressie bereikt maandag IJsland. Het
bijbehorende frontensysteem trekt in de nacht naar dinsdag de Noordzee
op.Het warmtefront ligt dinsdag 06 UTC tegen de westkust en ligt dinsdag
12 UTC over het oosten van het land, terwijl dan het koufront voor de
westkust ligt.

MODELBEOORDELING:
De uitvoer is consistent in de timing en neerslagpatronen van het
koufront. Activiteit De lichte neerslagsignalen voor het front uit
(zondagmiddag) negeren we. Ook in de convectie ten noordwesten van het
front zijn er weinig verschillen. In de ochtend verhoogde
buienactiviteit op passage van de hoogtetrog, vlak daarachter nog enige
buiigheid op passage van occlusierestanten.

AANDACHTSPUNTEN.
WIND:
Windpatronen ten zuiden van het front zijn consistent en bruikbaar. Ten
W van het front NW 7 Bft met uitschieters, vooral bij buien, lokaal tot
net boven de 41 kn boven zee en de kustgebieden. Boven land zien we dat
de vlagerigheid minder sterk is. Maandagmiddag neemt de wind op nadering
van een rug van het westen uit af.

BEWOLKING:
Bij het koufront in het uiterste zuiden van Limburg een signaal voor ST
rond 1000 vt, als gevolg van terreinhoogte en stuw. Convectieve toppen
ten noordwesten van het front tot ongeveer FL150, een enkele tot FL200.
Na passage van de hoogtetrog snel afnemende tophoogte.

NEERSLAG:
Patronen bij het front zijn consistent. Ondiepe convectie (7000 vt) met
enige inzaaiing bij het front. Ten noordwesten van het front weinig
CAPE, tot ca 300 J/kg, schering ca 15 kn, typisch single cell koude
luchtmassa convectie. Maandagochtend verhoogde buienactiviteit op
passage van de hoogtetrog, vlak daarachter nog enige buiigheid op
passage van occlusierestanten.

ZICHT:
Goede zichten, in neerslag matig, lokaal slecht.

TEMPERATUUR:
Maandag is het met Tmax van ca 13 °C duidelijk te koud voor de tijd van
het jaar.



Paraaf meteoroloog: debie
Bron: KNMI