Guidance modelbeoordeling voor Nederland, de Nederlandse kustwateren en
de Noordzee, gebaseerd op de HIRLAM run van 18 UTC en de overige
genoemde modellen en gidsen met bijbehorende runtijd.

Geldig tot dinsdag 25 september 2018 24.00 locale tijd

Opgesteld op maandag 24 september 2018 om 01.17 uur

MODELLENBEOORDELING.
SYNOPTISCHE SITUATIE:
Tussen een zeer actief laag boven Polen en een krachtig hoog bij Ierland
staat er in ons aandachtsgebied een langzaam in kracht afnemende
noordwestelijke stroming. In deze stroming bevinden zich nog enkele
kleine verstoringen. Een daarvan ligt 00 UTC net ten oosten van
Schotland en beweegt overdag richting de Duitse Bocht en het noordoosten
van het land. Het bovengenoemde laag trekt snel verder oostwaarts,
terwijl een uitloper van het hoog later op maandag dichterbij komt. De
onstabiliteitsdiepte neemt hierdoor in de loop van de dag langzaam af,
het laatst in het noordoosten. Het centrum trekt dinsdag overdag via het
zuiden van Nederland naar Duitsland.

MODELBEOORDELING:
We zien hooguit kleine verschillen in de representatie van de convectie.
De kleine storing die vanaf Schotland richting de Duitse Bocht trekt,
zien we in alle modellen min of meer terug in een tijdelijke opleving
van het neerslagsignaal boven met name het noordoosten. In het
isobarenpatroon is dit systeem gekenmerkt door een zwakke trog. Komende
nacht speelt het 'weer' zich meer en meer af in de grenslaag. Alle
modellen komen lokaal met een signaal voor mistbanken. De ervaring leert
dat in de polaire lucht in opklaringen de temperatuur nog wat verder
daalt dan in de Harmonie-uitvoer, waardoor het signaal mogelijk wat te
bescheiden is.

AANDACHTSPUNTEN.
WIND:
Langs de kust 6 Bft, vannacht ook af en toe 7 Bft. Verder staat er een
code geel uit voor het Waddengebied en IJsselmeergebied voor zware
windstoten, ordegrootte 40-45 kn. Beide Harmonies laten dit beeld
consistent en realistisch zien. Overdag van het westen uit langzaam
afnemende wind.

BEWOLKING:
CB's rond FL150, bij de zwakke trog mogelijk nog FL180. Op nadering van
het hoog neemt de onstabiliteitsdiepte vanmiddag van het zuidwesten uit
sterk af. In het noordoosten kunnen de toppen nog tot FL150-200 gaan.

NEERSLAG:
De meeste buien zijn weggelegd voor de kustgebieden, maar een enkel
exemplaar kan ook wat verder landinwaarts doordringen. Bij de buien is
ook een klap onweer of hagel mogelijk, de kans daarop is het grootst in
het noordelijk kustgebied. CAPE is in de orde 200-400 J/kg, schering
rond 10 knopen, single cells. Vanmiddag van het zuidwesten langzaam
afnemende buiigheid. In het noorden blijven de buien tot de nacht
doorgaan. Op de kust zijn in de nacht naar dinsdag nog enkele lichte
buien mogelijk (kustconvergentie).

ZICHT:
In de polaire lucht in het algemeen uitstekende zichtcondities, tijdens
een wat fellere bui uiteraard wat teruglopend. Vannacht landinwaarts
mogelijk vorming van nevel, zeer lokaal op een beschutte plek een
ondiepe mistbank. In de nacht naar dinsdag is de kans op een mistbank op
wat meer plaatsen aanwezig. Er staat dan nauwelijks wind, dus de
verticale ontwikkeling zal waarschijnlijk wel zeer beperkt blijven.
Progtemps en cross secties bevestigen dat.

TEMPERATUUR:
In de nacht naar dinsdag mogelijk vorst aan de grond op beschutte
plaatsen.



Paraaf meteoroloog: buscher
Bron: KNMI