Guidance modelbeoordeling voor Nederland, de Nederlandse kustwateren en
de Noordzee, gebaseerd op de HIRLAM run van 12 UTC en de overige
genoemde modellen en gidsen met bijbehorende runtijd.

Geldig tot maandag 06 juni 2016 24.00 locale tijd

Opgesteld op zondag 05 juni 2016 om 18.11 uur

MODELLENBEOORDELING.
SYNOPTISCHE SITUATIE:
In de bovenlucht hebben we te maken met een laag op 500 hPa boven het
Alpengebied; deze zorgt voor onstabiliteit boven onder andere het midden
en zuiden van Duitsland en boven België. Een zwakke rug op 500 hPa
trekt vanaf de Noordzee zuidoostwaarts en komt morgen boven ons land te
liggen. Een vore ligt actueel boven het uiterste zuiden, trekt langzaam
zuidwaarts en verlaat vandaag het land. Een noord- tot noordoostelijke
stroming voert geleidelijk wat drogere lucht aan. Morgen wordt de
aanwezige lucht geleidelijk weer vochtiger en in toenemende mate
onstabiel. Een zwakke barocliene zone ten noorden van de FIR nadert het
Waddengebied en is te herkennen aan iets lagere dauwpunten (ong. 8).

MODELBEOORDELING:
Boven de Noordzee een ST/SC-veld aanwezig, het ligt momenteel over het
noorden van het land. Alleen EC heeft dit in het model, maar het is in
de vochtvelden van Hirlam (rel. hum. 600 vt) wel terug te vinden. Kan na
zonsondergang het land opkruipen. Aandachtspunt is hoever. In het
zuidoosten nog kans op stevige (onweers)buien. T.o.v. gisteren lijken de
positie van de buien een zelfde patroon te volgen als gisteren, alleen
ong. 50-100 km zuidelijker. Morgen ook kans op (onweers)buien, met een
zwaartepunt in het uiterste oosten, ongeveer daar waar ook de Theta-W
rug wordt berekend en actueel een lijn met onweersbuien boven het
noorden van Duitsland geeft. Cape waarden zijn wel lager dan vandaag.
Hirlam houdt het nog steeds droog, terwijl Harmonie en EC wel een
convectief signaal berekenen langs de oostgrens. We gaan er van uit dat
de buien mogelijk zijn. De onweers buien morgenavond in het zuidwesten
lijken te kunnen worden gekoppeld aan de terugkerende vore, die ons de
afgelopen dagen heeft bezig gehouden en ook weer aan een Theta-W tong te
koppelen is. Een aandachtspunt voor dinsdag.


AANDACHTSPUNTEN.
WIND:
Er is weinig hoogtewind dus de uitschieters is niet het belangrijkste
aandachtspunt bij de convectie.

BEWOLKING:
Het ST veld ligt over de noordkust en de zuidelijke Noordzee. Modellen
pikken dit niet op. Hirlam vochtvelden geven wel een indicatie. Komende
nacht kan het St veld verder het land opdrijven. Hirlam 600 vt vocht
geeft aan dat de voorgrens tot aan het midden van het land kan komen.
Morgen bij de buien in de middag verspreide geïsoleerde Cb's toppen
FL400.

NEERSLAG:
Morgen zijn de CAPE waarden lager met de hoogste waarden (500-1500)
langs de oostgrens. Verder is de stroming op hoogte (700 hPa) zeer
gering is (rond 5 knopen). De (onweers)buien die ontstaan zijn zeer
waarschijnlijk Pulse Storms die lokaal uitregenen en voor veel neerslag
(mogelijk hagel) in korte tijd kunnen zorgen met PW 30-40 m. Echter de
buien zullen voornamelijk in het oosten ontstaan en zeer lokaal zijn.

ZICHT:
10+ km. In buien 3-8 km. In zware buien 1500-3000 m. Vannacht boven het
noorden nevelig.
Mistkansen lijken klein maar bij de St zou het kunnen.


TEMPERATUUR:
EC zit structureel te laag, bekend euvel bij stralingsweer. Morgen Tx 20
aan zee tot zeer lokaal 30 landinwaarts.



Paraaf meteoroloog: tolvd
Bron: KNMI