Guidance modelbeoordeling voor Nederland, de Nederlandse kustwateren en
de Noordzee, gebaseerd op de HIRLAM run van 12 UTC en de overige
genoemde modellen en gidsen met bijbehorende runtijd.

Geldig tot donderdag 07 juni 2018 24.00 locale tijd

Opgesteld op woensdag 06 juni 2018 om 19.08 uur

MODELLENBEOORDELING.
SYNOPTISCHE SITUATIE:
Een lagedrukgebied (thermisch) boven het midden van Frankrijk trekt
noordwaarts. Morgen overdag trekt het lagedrukgebied boven het noorden
van Frankrijk verder noordwaarts en komt in de donderdagavond boven ons
land te liggen. Ter hoogte van de zuidgrens ligt het inactieve (glazen)
polaire front. Met het opkomende laagje zien we morgen de vochtige lucht
geleidelijk noordwaarts terrein winnen. Gedurende de gehele periode
blijft er in de bovenlucht een hoogterug in onze omgeving aanwezig. Ook
vrijdag lijkt het laag nog in onze omgeving aanwezig met als gevolg dat
er opnieuw buien tot ontwikkeling kunnen komen

MODELBEOORDELING:
Groot aandachtspunt is de vraag hoe noordelijk morgenmiddag de buien
zullen komen. De modellen lopen hier flink uiteen: EC/Hirlam zijn minder
actief en de Harmonie's (incl HAP1) laten de convectie ontwikkelen boven
het zuiden/zuidelijke helft, maar zijn minder actief dan hun
respectievelijke voorgangers. Het blijft wel een aandachtspunt aangezien
het wel flinke exemplaren kunnen worden.
Verder zien we dat er morgen zich een groot mist en ST veld boven de
westelijke Noordzee ontwikkelt. Dit heeft te maken met het feit dat de
dauwpunten boven zee ook verder oplopen of dit in werkelijkheid gaat
optreden is op dit moment moeilijk in te schatten.

AANDACHTSPUNTEN.
WIND:
Bij convectie donderdag overdag lijkt waterloading het dominante proces,
typische waarden in een downdraft 30-35 kn.

BEWOLKING:
Vanaf komende nacht is St en mist in het gehele westelijke deel van het
FIR gebied een aandachtspunt (zie modelbeoordeling). Donderdag kunnen
er voornamelijk in het zuiden van het land Cb's ontstaan. De basis ligt
rond 3000 vt, de toppen tussen FL350 en FL400 (progtemp Beek).

NEERSLAG:
Voor donderdag overdag in een regime van 2000-2500 J/Kg MUCAPE in het
zuiden van het land, geringe windschering (orde 10 kn) is forse
convectie mogelijk, meest waarschijnlijk in de vorm van pulse-buien die
op convergentielijnen/outflow boundaries kunnen clusteren. De PW waardes
liggen over het algemeen tussen 30 en 40 mm, in combinatie met weinig
stroming op 700 hPa (<10 kn) is de potentie van plaatselijke
wateroverlast aanwezig. INDECS onweerskansen liggen rond 80% in het
zuiden, 20-30% (conditionele) kans op meer dan 100 ontladingen. De vraag
is hoe ver de forse onweersbuien zich noordwaarts zullen ophouden (zie
modelbeoordeling). De exacte positie van de hoogterug zal hierin een rol
spelen. Het feit wil echter ook dat grootschalig gezien het
aandachtsgebied nog onder de hoogterug blijft hetgeen een enigszins
dempende werking kan bewerkstelligen. Momenteel staat er voor het
zuid(oost)en voor dit fenomeen reeds een code geel uit.

ZICHT:
Komende nacht boven land her en der vorming nevel/grondmist. Kans lijkt
het grootst in het zuiden waar de Vgeo geleidelijk onder 15 knopen komt.
In het noord(west)en van het FIR gebied mogelijk wat slechter zicht. Die
kans neemt komende nacht toe in het gehele westelijke FIR gebied (zie
ook het item bewolking).

TEMPERATUUR:
Vandaag en donderdag warm, in de kustgebieden blijft er echter een
duidelijke (thermische) noordcomponent aanwezig in de wind, verder
landinwaarts is de wind meer oostelijk.



Paraaf meteoroloog: debie
Bron: KNMI