Guidance middellange en lange termijn

16-05-2018 04:00
Guidance middellange en lange termijn

Opgesteld door het KNMI op woensdag 16 mei 2018 om 04.41 uur

Geldig van vrijdag 18 mei tot woensdag 30 mei

Synoptische ontwikkeling:
Vrijdag bevindt het aandachtsgebied zich in polaire lucht aan de
westflank van een lagedrukgebied nabij Wit-Rusland. Dit laag trekt in
het pinksterweekend naar Rusland. Tegenhanger is een hogedrukgebied dat
aanvankelijk boven de Britse Eilanden ligt. Komend weekend steekt dit
hoog de Noordzee over en begin volgende week bouwt dit hoog verder op
boven Scandinavi? en later Noordwest-Rusland. In de bovenlucht trekt
een kleinschalig ULL, vrijdag nog boven de Duitse Bocht, komend weekend
naar Duitsland en daarna naar Frankrijk, waarbij het patroon geblokkeerd
blijft. Wel zien we halverwege volgende week dat de stroming tijdelijk
meer cyclonaal wordt ten gevolge van drukdalingen op het continent. Op
de lange termijn komt het zwaartepunt van hoge druk noordwest of west
van het aandachtsgebied te liggen, waardoor de stroming waarschijnlijk
een duidelijkere noordcomponent krijgt.

Modelbeoordeling en onzekerheden:
Vrijdag lijkt meteen de koelste dag van de periode te worden. In het
lange pinksterweekend wordt de aanvoer via noord geleidelijk oostelijk
en neemt de zonneschijnduur flink toe. Daardoor wordt het dagelijks wat
warmer met begin volgende week een piek in de temperatuur.
Klein aandachtspunt zaterdag is nog het kleinschalige ULL dat dan boven
Duitsland wordt berekend. Komt dit toch wat westelijker uit, dan kan
boven Nederland landinwaarts nog een bui voorkomen. Tijdens Pinksteren
is de neerslagkans klein, van 5% in het noorden tot 20% in het uiterste
zuiden, wat dichter bij het kleinschalige ULL.
Vanaf dinsdag wordt de stroming waarschijnlijk enkele dagen cyclonaal
aan de noordflank van een vlak lagedrukgebied boven het continent. De
kans op enkele buien neemt dan toe, vooral op dinsdag en in mindere mate
ook woensdag en donderdag. Gezien de MLCAPE-waarden van 500-1000 J/kg
volgens sommige leden kunnen dit ook onweersbuien zijn. Daarna zien we
een toenemende tendens naar overwegend noordelijke stromingen, in alle
clusters. De neerslagkans is daarbij klein te noemen: de kans op meer
dan 1 mm neerslag schommelt dagelijks tussen 10 en 25%. Opvallend
daarbij is dat het EPS qua maximumtemperaturen voor Den Helder rond het
modelklimaat zit, voor De Bilt iets erboven en uiteindelijk ook rond het
modelklimaat, voor Maastricht aanhoudend enkele graden boven het
modelklimaat.

Samenvatting meerdaagse-periode:
Geleidelijke overgang naar overwegend droog en vrij warm weer met veel
zon. Op dinsdag een toenemende kans op een regen- of onweersbui.

Samenvatting EPS-periode:
Vooral de eerste dagen kans op een bui. Daarna een grote kans (60-70%)
op een rustig en overwegend droog weertype met geregeld zon en
temperaturen die in de kustgebieden rond en dieper landinwaarts boven
normaal liggen.



Paraaf meteoroloog: haklande
Bron: KNMI