Guidance middellange en lange termijn

Opgesteld door het KNMI op dinsdag 27 maart 2018 om 04.33 uur

Geldig van donderdag 29 maart tot dinsdag 10 april

Synoptische ontwikkeling:
De NAO-fase is de eerste dagen duidelijk negatief. Een bovenluchtlaag
ten westen van Ierland trekt via Het Kanaal richting Nederland en komt
daar in de loop van zaterdag 31 maart aan. Daarna loopt dit
bovenluchtlaag opvullend oostwaarts wel en komt het aandachtsgebied aan
de noordflank van een meanderende weststroming. In de eerste week van
april raakt de NAO geleidelijk in een positieve fase en kan zachtere
lucht het aandachtsgebied mogelijk van tijd tot tijd bereiken. Aan het
einde van de EPS-periode neemt de kans op een geblokkeerd patroon toe.

Modelbeoordeling en onzekerheden:
Rond de maandwisseling neemt de onzekerheid toe, wat vooral wordt
veroorzaakt door fase- en amplitudeverschillen in de Rossbygolven in de
meanderende weststroming ten zuiden van het aandachtsgebied. De
nabijheid van het polaire front zorgt nog wel lange tijd voor grote
dagelijkse neerslagkansen: voor De Bilt is de kans op meer dan 1 mm tot
en met vrijdag 6 april zelfs dagelijks meer dan 60%, op 1 april na.
Daarna zien we de neerslagkansen duidelijk afnemen. Tot en met het
weekend blijven de middagtemperaturen in het algemeen rond of iets onder
normaal met minimumtemperaturen soms dicht in de buurt van het
vriespunt, vooral in het noordoosten van het land. Vanaf maandag 2 april
zien we een tendens naar middagtemperaturen van enkele graden boven
normaal, met landinwaarts af en toe een uitschieter naar 15-20?C,
vooral aan het einde van de EPS-periode mogelijk zelfs meer. Toch is er
dan ook een kleine kans op juist veel kouder weer, afhankelijk van
faseverschillen in het toenemend geblokkeerde patroon.

Samenvatting meerdaagse-periode:
Geregeld zon maar ook van tijd tot tijd regen of enkele buien.
Middagtemperaturen dicht bij het langjarig gemiddelde.

Samenvatting EPS-periode:
De dagelijkse neerslagkans neemt in de loop van de periode af van 70%
naar 40%. Grote spreiding in de mogelijke middagtemperaturen, waarbij de
kans op zacht weer ongeveer twee keer zo groot is als de kans op koud
weer.



Paraaf meteoroloog: haklande
Bron: KNMI