Guidance modelbeoordeling voor Nederland, de Nederlandse kustwateren en
de Noordzee, gebaseerd op de HIRLAM run van 18 UTC en de overige
genoemde modellen en gidsen met bijbehorende runtijd.

Geldig tot maandag 26 maart 2018 24.00 locale tijd

Opgesteld op zondag 25 maart 2018 om 23.24 uur

MODELLENBEOORDELING.
SYNOPTISCHE SITUATIE:
Een uitloper van het Azorenhoog zorgt in ons aandachtsgebied voor een
een rug. Vannacht en overdag beweegt de NO-ZW-rugas langzaam
zuidoostwaarts over Nederland. Een nauwelijks actieve barocliene band
(occlusierestant) over de noordwestelijke helft, gekenmerkt door een
langgerekte band met stratus en mist beweegt eveneens langzaam
zuidoostwaarts. Aan het eind van de nacht verlaat de barokliene band het
uiterste zuidoosten. In de bovenlucht ligt een trog boven
Groot-Brittannië die ons land overdag van west naar oost zal passeren.
Aan de grond lijkt zich in de rug een heel subtiele zwakke trog
(convergentie) te bevinden. In de nacht naar dinsdag trekt vervolgens
nog een vrijwel afgesnoerde koude put in de bovenlucht de noordelijke
helft van het land. Dinsdag bereikt een lagedrukgebied het westen van
Schotland en dinsdagochtend bereikt het bijbehorende warmtefront
(voorafgegaan door een occlusie) het zuidwesten van ons land en deze
fronten liggen dinsdag 18 UTC van het NW naar het ZO van ons land.

MODELBEOORDELING:
Bij de barocliene band komt mist en ST voor. Alle modellen berekenen
dit, echter achter deze band berekenen de Harmonies ST en mist op
uitgebreide schaal boven de Noordzee. Dit vooralsnog genegeerd. Achter
de occlusie boven de Noordzee zijn de condities goed, maar met
dauwpunten van 4-5 graden bij zeewater van 4 graden en weinig wind zijn
lokaal slecht zicht en/of ST niet heel onwaarschijnlijk. ok.
Verder lopen de modellen behoorlijk uiteen wat betreft de bewolking
buiten de barocliene vannacht.

AANDACHTSPUNTEN.
WIND:
Dinsdag op nadering van het warmtefront in de westelijke kustdistricten
6 Bft.

BEWOLKING:
In de barokliene band (lage) ST, zie modelbeoordeling. De mist kan
vanochtend tijdelijk overgaan in ST. Overdag bij de hoogtetrog enkele
TCU's of zelfs CB's, toppen tot rond FL100. In de nacht naar dinsdag kan
lokaal ST ontstaan. Bij occlusie en het warmtefront op dinsdag is weer
op grote schaal ST mogelijk.

NEERSLAG:
Overdag een buiensignaal bij de hoogtetrog: enkele buien. Met maximaal
200 J/kg CAPE en ongeveer 10 knopen schering is de convectiemodu single
cell.
Bij de occlusie en het warmtefront op dinsdag perioden met regen.

ZICHT:
In de noordwestelijke helft van het land en zuidelijke Noordzee matig
tot slecht zicht en bij de barokliene band mist. Boven land ontstaat
vannacht in brede opklaringen eveneens mist. Overdag lost de mist weer
op. In de nacht naar dinsdag ontstaat voor de frontale zones ook weer
mist in opklaringen.


TEMPERATUUR:
Vannacht grote verschillen tussen de Harmonies en ECMWF en Hirlam door
de grote verschillen in aanwezige bewolking. Er wordt uitgegaan van het
Hirlam- en ECMWFscenario waarbij de minimumtemperaturen rond het
vriespunt uitkomen, met uitzondering van het zuidoosten en de
kustgebieden. Het wegdek is overdag behoorlijk opgewarmd, waardoor de
wegdektemperaturen niet rond het vriespunt uitkomen.
In de nacht naar dinsdag dalen de temperaturen in het uiterste oosten
ook weer richting het vriespunt, dit geven wel alle modellen aan.




Paraaf meteoroloog: debie
Bron: KNMI