Guidance modelbeoordeling voor Nederland, de Nederlandse kustwateren en
de Noordzee, gebaseerd op de HIRLAM run van 12 UTC en de overige
genoemde modellen en gidsen met bijbehorende runtijd.

Geldig tot dinsdag 13 februari 2018 24.00 locale tijd

Opgesteld op maandag 12 februari 2018 om 17.19 uur

MODELLENBEOORDELING.
SYNOPTISCHE SITUATIE:
Een opvullend laag boven het zuiden van Zweden trekt noordoostwaarts en
wordt gevolgd door een vlakke rug. De rug passeert vanavond en vannacht
ons land, waarna de stroming in de onderste niveaus van west naar
zuidelijke richtingen draait. Op hoogte trekt komende nacht nog een
zwakke trog over de Noordzee, maar veel activiteit zit daar niet op.
Stroomopwaarts blijft het hoogtepatroon sterk diffluent. Woensdag nadert
van het westen uit een occlusie (van oorsprong een Cold Air
Development), die in het diffluente stromingspatroon sterk in activiteit
afneemt.

MODELBEOORDELING:
In grote lijnen komen de modellen goed overeen. Harmonie36, maar ook EC,
geven wat buien betreft een realistisch beeld. De 38 geeft daarentegen
veel te weinig buien.
Verder geeft met name Har36 een signaal voor St lans en over de
westkust. Kustconvergentie lijkt hier debet aan te zijn. In Hirlam zien
we slechts een gering signaal, maar opgemerkt dient te worden dat dit
model de kustconvergentie ook minder sterk laat zien.
Verder laten alle modellen het naderende front vertragend en in
activiteit ons land naderen, maar tot woensdagmiddag ons land niet
bereiken.

AANDACHTSPUNTEN.
WIND:
Dinsdag een toenemende zuidwesten-, later zuidenwind met buitengaats 6,
mogelijk 7 Bft voor met name de westelijke kustdistricten.

BEWOLKING:
Cb's met toppen eerst nog tot FL200-230 in het noordoosten,nu snel naar
Duitsland wegtrekkend. Geleidelijk stabilisatie van het westen uit op
nadering en passage van de rug. In de nacht naar dinsdag kan de zwakke
hoogtetrog aan de achterzijde van de tweede trekrug weer een opleving
van de buiigheid veroorzaken, waarschijnlijk vrijwel beperkt tot de
Noordzee vanwege de stroming die steeds meer aflandig wordt. In de
nanacht en ochtend een kans op turbulentie St in het westen/noordwesten.

Dinsdag overdag misschien tijdelijk een kleine cumulus. Veel meer dan
dat lijkt er niet in te zitten. Bewolking van de naderende occlusie
lijkt ons land (net) niet te halen tot en met woensdagochtend.

NEERSLAG:
Met name in het oosten en noorden nog een laatste winterse bui,
plaatselijk met onweer. Verder is er sprake van enige stabilisering
t.g.v. de trekrug(gen), en profiteert men ook van de schaduw van
Engeland. Vanuit Het Kanaal komende nacht mogelijk nog enkele buien die
over het noordwestelijk kustgebied trekken, nog steeds met een kans op
natte sneeuw en korrelhagel gezien de progtemps. De storing van woensdag
lijkt in alle modellen ten westen van ons op te lossen. Blijft uiteraard
wel een aandachtspunt.

ZICHT:
In neerslag matig tot slecht zicht. Verder uitstekend zicht, ook in de
nacht naar dinsdag als er wat wind blijft staan.

TEMPERATUUR:
Komende nacht komt de wegdektemperatuur bij een aflandige wind en brede
opklaringen waarschijnlijk vrijwel overal onder nul uit. Het is dan wel
de vraag in hoeverre er vocht voorradig is, want overdag droogt het
wegdek vooral in het midden en zuiden voor een groot deel op. In het
noorden en oosten is de kans op bevriezingsgladheid dan wel groot.



Paraaf meteoroloog: nolet
Bron: KNMI