Guidance modelbeoordeling voor Nederland, de Nederlandse kustwateren en
de Noordzee, gebaseerd op de HIRLAM run van 18 UTC en de overige
genoemde modellen en gidsen met bijbehorende runtijd.

Geldig tot vrijdag 01 december 2017 24.00 locale tijd

Opgesteld op donderdag 30 november 2017 om 00.13 uur

MODELLENBEOORDELING.
SYNOPTISCHE SITUATIE:
Een hoogtelaag boven het zuiden van Noorwegen trekt zuidwaarts en
passeert vanmiddag en vanavond Nederland. Aan de zuidoostflank van dit
hoogtelaag ontwikkelt er zich een lagedrukgebied dat eveneens zuidwaarts
over het land trekt. Dit grondlaag doet dit wel langzamer. Na passage
komt er tijdelijk een noordoostelijke stroming op gang waarmee drogere
lucht aangevoerd wordt. Vrijdagmiddag bereikt een west-oost gerichte rug
het noorden van het luchtruim, trekt zuidwaarts en ligt vrijdagavond
boven het noorden van het land.

MODELBEOORDELING:
Hirlam laat weer het bekende uitdiepen van een kleinschalig
lagedrukgebied zien boven zee als het grondlaag over het land trekt. Dit
verwerpen we. Verder is Hirlam te positief qua wolkenbasis in het oosten
zuidoosten. Harmonie is dan weer te negatief, met name Harmonie36 op
vrijdag. Harmonie38 lijkt voor de evolutie nog het beste.

AANDACHTSPUNTEN.
WIND:
Aan de westflank van het laag boven zee 6-7 Bft. Bij de buien boven zee
dan windstoten van 30-40 kn, lokaal mogelijk net erboven. Met het
wegtrekken van het laag neemt de wind boven zee duidelijk af.

BEWOLKING:
In het oosten en zuidoosten St rond 500 vt, basis gaat nog zakken,
mogelijk tot "aan het dek". Aan de oostflank van het grondlaag beweegt
er nog St noordwaarts, maar na passage bereikt drogere luchtmassa het
noorden die zich zuidwaarts uitbreidt. Het zuidoosten blijft nog lang
gevoelig voor St, ook vanwege stuw. Verder Cb's die zich aanvankelijk
beperken tot de kustgebieden en toppen tot FL200 hebben. Met het
zuidwaarts trekken van het laag daalt T500 naar circa -36°C en kunnen
de Cb's uitgroeien tot FL250. Na passage worden de toppen lager en
schampen de Cb's hoogstens nog het noorden en noordwesten van het land.
Toppen worden ook lager doordat de bovenlucht weer warmer wordt.

NEERSLAG:
Winterse buien (regen, korrelhagel, natte sneeuw). Met het passeren van
het hoogtelaag neemt ook de kans op onweer toe. Gladheid a.g.v. winterse
buien is afgelopen avond al gemeld en blijft voorlopig mogelijk. Het is
wel kortdurend. Na passage beperken de buien zich vooral tot zee, nu de
stroming noordoostelijk wordt. Hoogstens het noorden en noordwesten
zouden nog geschampt kunnen worden.

ZICHT:
In opklaringen aan de westrand van het St-gebied ontstaat dichte mist.
Ook kan de St-basis zo laag worden dat er op die manier mist ontstaat.
Deze mist zal morgen maar langzaam oplossen. In de nacht naar vrijdag is
er wederom kans op mist in opklaringen, maar na passage van het laag
stroomt drogere lucht binnen en neemt de hoogtewind toe. Hierdoor nemen
de mistkansen weer af. Naast mist zakt het zicht ook terug in buien, het
meeste in winterse neerslag.

TEMPERATUUR:
Landinwaarts in opklaringen lichte vorst. Overdag zal de Tx in gebieden
met hardnekkige bewolking of mist achterblijven. Elders ongeveer
4/5°C.



Paraaf meteoroloog: zwagers
Bron: KNMI