Guidance modelbeoordeling voor Nederland, de Nederlandse kustwateren en
de Noordzee, gebaseerd op de HIRLAM run van 12 UTC en de overige
genoemde modellen en gidsen met bijbehorende runtijd.

Geldig tot maandag 10 april 2017 24.00 locale tijd

Opgesteld op zondag 09 april 2017 om 18.18 uur

MODELLENBEOORDELING.
SYNOPTISCHE SITUATIE:
Een hogedrukgebied boven Midden- en Oost-Europa beweegt langzaam
oostwaarts met boven het aandachtsgebied een zuid- tot zuidweststroming.
Een laag oost van IJsland beweegt eveneens oostwaarts en bijbehorend
koufront beweegt vandaag met een uitzakkende hoogtetrog naar ons
aandachtsgebied. Voor dit koufront uit vinden boven Engeland
drukdalingen plaats die leiden tot een vore rond thetaW925 = 12?C. Deze
vore wordt meer en meer een trog (windmaximum) en bereikt het
noordwesten van het land rond 00 UTC, met erachter kouadvectie in een
noordweststroming. Het oorspronkelijke koufront, rond thetaW925 = 7?C,
volgt rond 06 UTC morgenochtend. Trog en koufront zijn inactief en
trekken in ca. 6 uur tijd (zuid)oostwaarts over het land, waarna het
land zich maandagmiddag in polaire lucht bevindt. In de loop van
maandagmiddag en avond volgen restanten van een occlusie die nu tussen
IJsland en Schotland in ligt, waarna een hoog ten zuidwesten van Ierland
een uitloper naar Belgi? krijgt.

MODELBEOORDELING:
Modellen lopen synoptisch nauwelijks uiteen. Verschillen zien we wel bij
de berekening van St/Sc bij de vore en het koufront. Vooral in het
zuidoosten kan er op de prefrontale trog wat lage Sc/St ontstaan (stuw),
bij het koufront komt Harmonie met een vrij fors St-signaal (zelfs onder
500 vt) voor het noorden, Hirlam en EC zijn wat gematigder wat dat
betreft. Met name Harmonie36 oogt wat overdreven, maar lokaal St bij het
koufront in het noorden lijkt wel waarschijnlijk. De lichte neerslag die
Hirlam vrijwel als enige berekent boven land tussen prefrontale trog en
koufront lijkt op basis van progtemps door coalescentie in een relatief
dunne Sc-laag te moeten ontstaan. Andere modellen geven hier nauwelijks
een neerslagsignaal en dat ziet er ook logischer uit.

AANDACHTSPUNTEN.
WIND:
Langs de kust en het IJsselmeer heeft de wind aanvankelijk nog een
zeewindcomponent. Harmonie36 en -38 berekenen voor de noordwestkust een
kleine 6 Bft bij de prefrontale trog en bij het koufront. Lijkt
realistisch omdat er actueel ook al af en toe 6 Bft verder buitengaats
wordt gemeld, echter wel op platformhoogte. Maandag later op de dag
mogelijk een 6 Bft voor de oostelijke Wadden aan de noordoostflank van
de uitloper van hoge druk boven Belgi?.

BEWOLKING:
Zowel bij frontale trog in het zuidoosten als bij het koufront vooral in
het noorden kans op St. Verder SC-velden, die bij koufront en
occlusierestanten waarschijnlijk het meest uitgebreid zijn.

NEERSLAG:
Op nadering van het koufront in het noorden mogelijk zeer lokaal lichte
motregen. Koufront lijkt inactief, enkel in het zuidoosten zou met
behulp van wat dagelijkse gang nog wat lichte regen kunnen ontstaan.
Nabij de occlusie wordt de bovenlucht wat kouder en komen er vooral in
het noordoosten enkele lichte TCu-buien (toppen FL070 met
toptemperaturen rond -5c) voor.

ZICHT:
Landinwaarts net aan goed, vanavond teruglopende zichten a.g.v.
heiigheid. Boven de zuidelijke Noordzee matig tot slecht zicht door
nevel/heiigheid. Komende nacht neemt de wind toe en loopt het zicht op,
zeker als na de vore met een noordwestelijke stroming schonere lucht
wordt aangevoerd.

TEMPERATUUR:
Op de bodemvochtproblemen in Harmonie36 na geen bijzonderheden.



Paraaf meteoroloog: aberson
Bron: KNMI