Guidance modelbeoordeling voor Nederland

08-02-2017 10:40
Guidance modelbeoordeling voor Nederland, de Nederlandse kustwateren en
de Noordzee, gebaseerd op de HIRLAM run van 06 UTC en de overige
genoemde modellen en gidsen met bijbehorende runtijd.

Geldig tot donderdag 09 februari 2017 24.00 locale tijd

Opgesteld op woensdag 08 februari 2017 om 10.56 uur

MODELLENBEOORDELING.
SYNOPTISCHE SITUATIE:
Een krachtig hoog boven Scandinavie blijft vrijwel stationair. Een
langgerekte vore, vanaf IJsland tot de Azoren, komt langzaam naderbij en
ligt aan het einde van deze periode van IJsland tot over het Iberisch
Schiereiland. Een bovenlucht laag boven Denemarken beweegt deze periode
naar het noorden van de Noordzee en tegelijkertijd ontstaat boven het
noorden van Frankrijk een tweede kern. Een occlusie ten zuidwesten van
het aandachtsgebied beweegt langzaam zuidwest en boet in aan activiteit.
De stabiele en vochtige lucht boven Nederland wordt gaandeweg, langzaam
verdreven door de koudere en drogere, continentale lucht, die rond het
eerder genoemde hogedrukgebied, onze kant op komt.

MODELBEOORDELING:
De drukverdeling is in de modellen vergelijkbaar. De grenslaag is daar
waar de vochtige lucht wordt verdreven door de koudere droge,
interessant vanwege het opgleidings effect dat hierbij optreed. Dit
effect is wel in alle modellen te zien, echter positie en mate van
zuidwaarts bewegen, varieert. Dit is goed te zien in de verschillende
NESO uitvoeren. Hirlam en EC lijken nog het meest op de werkelijkheid.

AANDACHTSPUNTEN.
WIND:
Div uitvoer is consistent. Hirlam uitvoer is een goede indicatie. De
kustseinen in het N kustgebied zijn net ingetrokken, Noordzeeseinen 7
Bft in N-lijke districten blijven nog actueel. De wind neemt geleidelijk
iets verder af.

BEWOLKING:
De stratus in het zuiden wordt alleen in de Harmonie36 en mindere mate
de Harmonie38 uitvoer redelijk beschreven en wordt nog steeds
onderschat. Als gevolg van de advectie van drogere lucht vanuit het NO
zal de basis langzaam gaan stijgen en naar het zuidwesten bewegen. Een
en ander gaat tergend langzaam en de modellen lijken te optimistisch. In
alle modellen wordt het uitgebreide SC veld boven Duitsland gemist, de
opklaringen die later vanavond, vooral in Harmonie, zichtbaar
worden,lijken dan ook volledig uit de lucht gegrepen.

NEERSLAG:
De verschillen in intensiteit tussen de verschillende modellen is
afgenomen. De patronen komen niet helemaal overeen, zijn echter wel een
goede indicatie, al zijn er verschillen met de werkelijkheid. Met name
de NESO uitvoer van EC en Hirlam lijken redelijk goed de werkelijkheid
weer te geven. In het gebied waar de koude lucht de warmere lucht omhoog
duwt komen diverse mengvormen van winterse neerslag voor. De intensiteit
is echter zo gering dat nog nauwelijks nog accumulatie van sneeuw plaats
vindt. De grens tussen vaste en vloeibare neerslag breidt zich nog wat
zuidwestwaarts uit. Boven de centrale Noordzee zien we met name in
Harmonie ondiepe convectie (sneeuw).

ZICHT:
Door advectie van drogere lucht loopt het zicht van het N uit op naar
meer dan 10 km (echter wel zeer langzaam). In sneeuw loopt het zicht
terug tot 1500-3000 m. In het zuiden en zuidwesten is eerst nog sterk
nevelig (zeer plaatselijk eerst nog mist) in de vochtige lucht.

TEMPERATUUR:
Hirlam uitvoer is duidelijk te warm en te droog, waardoor de
natteboltemperatuur ongeveer goed is en dus ook NESO goed lijkt.
Harmonie uitvoer is actueel een goede indicatie voor T2m, maar zal als
gevolg van te weinig bewolking de dagelijkse gang sterk overschatten.
Tmax woensdag van -1 in het NO tot +4 in het zuiden van Limburg
(lijwerking). Als gevolg van de onderschatting van de bewolking is de
Harmonie uitvoer veel te koud voor de nacht naar donderdag. Hirlam
uitvoer geeft een realistischer beeld met Tmin van circa -3 in het NO
tot rond het vriespunt in het zuiden.



Paraaf meteoroloog: Veeken
Bron: KNMI